Nu: proactief!

Gehoord in de Stadstimmertuin te Amsterdam op 24 maart 2015:

 

Het Reuring! Café van de Vereniging voor Overheidsmanagement deed de provincie aan, dit keer Amsterdam. De Stadstimmertuin was veranderd in een Haagse salon. Er speelde een band, de ‘Wizzards of AZ’, er was drank en er waren mooie vrouwen. Moderator Mark Frequin maakte er een vrolijk boel van. Frequin is Directeur-Generaal op het Ministerie van Binnenlandse Zaken te Den Haag. Zijn gastheer was Arjan van Gils, gemeentesecretaris van Amsterdam. Het onderwerp dat deze laatste had gekozen was: ‘De proactieve overheid’. Als gasten had hij uitgenodigd Jos van der Lans (publicist), Paul van der Velpen (directeur GGD), Manfred van Doorn (trainer) en Zef Hemel (hoogleraar). Met leuke limericks leidde hij ze in. Waarover spraken zij? Over de wereld aanvankelijk, maar de zaal bracht het gesprek snel terug naar Amsterdam. Het ging over de grote gemeentelijke reorganisatie. Leidde die tot een proactieve overheid? Hemel zei dat hij niet precies wist wat Van Gils eronder verstond, maar dat hij er een voorstander van was. Op het podium deed hij later een demonstratie van wat volgens hem proactief is: in een hele snelle beweging zijn smartphone tevoorschijn halen om zich vervolgens via Twitter op de hoogte te stellen van de laatste ontwikkelingen in de wereld. Het kwam niet aan.

De zaal roerde zich. Teveel oude mannen in het panel, vond men. Een opgewonden jongedame in het publiek – bestuurskundige en zelf ambtenaar – sprak lang en nadrukkelijk over de noodzaak van efficiency en bedrijfsmatige sturing. Ze noemde het ‘austerity’. Alsof dat proactief is. Frequin gaf haar alle ruimte. Van Gils knikte instemmend. Burgers, reageerde hij, vragen aan de gemeente overal, op iedere plek, steeds hetzelfde: één gemeentereiniging, één aanpak van de overlast, één loket, één soort van dienstverlening. Hemel daarentegen prees de complexiteit van de grote stad. Hoe complexer, hoe rijker. Neemt de complexiteit toe, dan hoef je minder van bovenaf te sturen, moet je juist improviseren. Het systeem corrigeert zichzelf. Complexiteit verklaart ook waarom Amsterdam zo succesvol is en Rotterdam en Enschede veel minder. Waarop een andere jonge vrouw – ook ambtenaar – vertelde over de teloorgang van experimenten met buurtbegrotingen en andere lokale innovaties in Oost als gevolg van de reorganisatie en het opheffen van de stadsdelen. Wat kwam ervoor in de plaats? Een standaardaanpak, bedacht in het stadhuis. Laatste vraag uit het publiek: wat is nou eigenlijk proactief?


Posted

in

by

Comments

2 responses to “Nu: proactief!”

  1. Ton Damen Avatar

    Zie ook: http://www.oostenwind.org/boeken/handeldapper/ over het buurtverzet in het Noordenbergkwartier in Deventer (1975-1985).

  2. Jurgen Hoogendoorn Avatar
    Jurgen Hoogendoorn

    Niks proactief; improviseren! Van zorgen voor naar zorgen dat..

    …valt op dat instituties juist proactief zijn en een (mogelijk) probleem of problematische situatie eerder signaleren. Op basis van hun eigen institutionele bevindingen/context wordt dan vervolgens actie ondernomen. Het gevaar bestaat dat zij betrokkenen (bewoners/ondernemers) de mogelijkheid ontnemen om zelf het probleem te ervaren. Betrokkenen worden daardoor passief en laten acties aan de instituties over (achteroverleunen). Dit lijkt ten koste te gaan van veel (gemeenschaps-)geld zonder gedragen resultaten. Tussen instituties en daadwerkelijk betrokkenen zitten grote verschillen qua taal, snelheden en dynamiek. Er is een nieuwe tussenlaag van stedelijke professionals aan het ontstaan die zowel met de betrokkenen (samenleving) als met de instituties kunnen omgaan. Op deze groep (veelal zzp’er) lijkt de term onafhankelijke betrokkenheid van toepassing.

    Loslaten door instituties (overheid en corporatie) betekent op basis van bovenstaande minder proactief optreden. Hierdoor krijgen de betrokkenen meer de kans een probleem te ervaren en zich eigen te maken. En vanuit eigenaarschap van de problematische situatie zullen betrokkenen meer in actie komen. Meer dan dat actie door instituties wordt geëntameerd. Instituties zouden hun acties meer op afroep en behoefte van betrokkenen moeten afstemmen zowel qua taal als andere middelen als qua dynamiek. Maar instituties moeten wel degelijk acteren; op het juiste moment met de juiste middelen en inzet. Instituties moeten hun dynamiek aanpassen aan die van betrokkenen (van afwachten tot aan snelhandelen). Ergo zichzelf als institutie contextafhankelijk kunnen versnellen/vertragen. Onafhankelijke stedelijke professionals kunnen hierbij een grote rol spelen als intermediair/interface; zowel als tolk/vertaler voor wat betreft taal als versnellingsbak voor wat betreft afstemming van verschillende dynamieken. Qua schaal zal bovenstaande leiden tot acties op een lager niveau dan voorheen (straat/buurtaanpak i.p.v. wijkaanpak).

    Zie http://www.platform31.nl/nieuws/innovatie-stedelijke-vernieuwing-in-de-praktijk

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *