In Zuidwolde, Groningen, woon ik een bijeenkomst van de Landschapswerkplaats bij. Die organisatie verzamelt en coördineert tien heel verschillende initiatieven van burgers die het landschap in de provincie mooier willen maken. Het geheel valt onder Toukomst, dat onderdeel is van Nationaal Programma Groningen. Even denk ik in een cursus Projectmanagement te zijn beland, maar gelukkig krijg ik in de loop van de avond meer gevoel voor de opgaven. De een wil een deel van de 140 gaslocaties voor het nageslacht behouden, de ander wil diepen en maren in het noorden van de provincie bevaarbaar maken, weer een ander wil de verhalen van verdronken dorpen in het Oldambt tot leven wekken, of de natuurlijke overgang van zout naar zoet water rond de monding van de Westerwoldse Aa herstellen, of het dal van het Reitdiep tussen de stad Groningen en het Lauwersmeer aantrekkelijker maken. Alle initiatieven heeft men bijeengebracht in zeven gebieden. Ook zijn er initiatieven die de gebieden aaneenrijgen, zoals biodiversiteit in wegbermen in alle gemeenten binnen de provincie. Opvallend hoeveel mensen zich om het landschap bekommeren.
Ik leid een workshop over historische wandelpaden. Nee, het gaat niet om het zo snel mogelijk terugbrengen van de paden zelf. De twintig mensen die deelnemen aan de workshop merken dat ze dat ze dan al snel vastlopen want stuiten op allerlei praktische obstakels. Boeren willen geen vreemden op hun land, recht van overpad bestaat hier niet, veel historische paden zijn in beton gegoten of worden door zware infrastructuur doorsneden, gemeenten en waterschappen werken vaak niet mee. Dat gaan ze nooit redden. Iemand vertelt over een oud karrenspoor in de buurt van Noordlaren. Vroeger lag het in de gemeente Haren, maar na de herindeling is dat Groningen. Die gemeente was verbaasd dat er nog zoiets ‘ouderwets’ bestond als een onverhard pad en wilde het zo snel mogelijk moderniseren. In de loop van de workshop wordt het iedereen duidelijk: het gaat niet om projectmanagement, financiën, juridische regels of organisatie, maar om een cultuur die moet veranderen. Daarvoor zijn in de eerste plaats aansprekende verhalen nodig. Geen gelikte verkooppraatjes, maar gevoel en liefde voor het landschap. Om dat terug te krijgen moeten Groningers eerst gaan wandelen.
Geef een reactie