Gelezen in ‘De goede stad’ (2007) van Geert Mak:
Wat lees ik bij Geert Mak? Dat is toch wel toevallig. Of juist niet? Twee jaar geleden heb ik het boek al eens gelezen. Had ik het ergens opgeslagen in mijn hoofd? Maar nee, dat geloof ik niet. Het thema was me bijgebleven van de tentoonstelling in het Amsterdamse filiaal van de Hermitage. Drie schilderijen had de Tsarina in haar bezit gehad van de door haar bewonderde schilder Caspar David Friedrich. Ze had ze de koosnaampjes ‘geloof, hoop en liefde’ gegeven. Mooi vond ik dat. En dan nu Geert Mak:
"De diepste condities waarop een samenleven van mensen draait, is uitstekend te vervatten in drie woorden, drie ouderwetse imperatieven: geloof, hoop en liefde."
"Een samenleving waarin het enkel nog draait om concrete individuele vooruitgang nú, sluit de hoop echter min of meer uit. Met hoop is namelijk iets raars aan de hand: die hoeft niet altijd vervuld te worden. Het is een droom, een ideaal, een streven, en dat alleen al is voor hoop genoeg."
(…) "Met het geloof en de liefde gaat het allemaal nog best in de meeste steden, maar de hoop heeft het zwaar."
Geef een reactie