Was al jaren niet meer naar de IABR geweest, de Internationale Architectuur Biennale Rotterdam. Nu werd ik door iemand overgehaald om mee te gaan. Spijt heb ik niet. De editie van 2024 heet Nature of Hope. Vijf jonge vrouwen curereerden binnen een thema dat buitengewoon relevant is, want met natuur, landschap, bodem, water en lucht is van alles mis. Ook de bouwpraktijk deugt van geen kanten. Is de IABR als instituut al nooit een architectuurtentoonstelling geweest, dit keer ontbreekt ook de stedenbouw. Hoeft ook niet. Eigenlijk is geen sprake meer van ontwerpen. Zelfs de hoop ontbreekt. Bij elke installatie moet de bezoeker diep gaan. Nee, er valt niet veel te lachen. Het beste werk zag ik op het eind: een indringende presentatie aan de hand van historische kaarten van een deel van de Mississippi rivier waar de praktijk van slavernij op de suikerrietplantages opnieuw tot leven werd gewekt. Plekken waar de slaven hun doden begroeven bleken in het moderne productielandschap opzettelijk uitgewist.
Een andere, verfrissende installatie was die van ‘first stone of not-building’. Het architectenbureau RE-ST pleit voor kalmte. Verwerk alle bouwopgaven in de bestaande voorraad, dan spaart dat ongelooflijk veel ruimte. Weiger nieuw te bouwen. De niet-gebouwde ruimte verbeeldden ze in de sokkel: 105.000 m3 die het bureau NIET heeft gebouwd. Bovenop staat een baksteen met daarin de tekst gegrift: “first stone of not-building”. Zo, die zit. Zo blijf ik drie uur ademloos lezen en kijken. Niet gemakkelijk, want sommige installaties zijn moeilijk te begrijpen, maar het moet. Rotterdam in 2035? De Independent School for the City weet er wel raad mee. Dit is gewoon geen fijne tijd. Al met al zag ik een gewetensvolle tentoonstelling, zeer anti-esthetisch, tegen de bestaande bouwpraktijk agerend, eerder een fel protest dan een verleidelijk beeld opwekkend, absoluut niet visionair, eerder dystopisch. Zelfs het fenomeen biennale werd door het slijk gehaald. Lees het ‘curatorial statement’ en ga kijken!
Geef een reactie