De journalist van Het Nederlands Dagblad vroeg me nog even op de fotograaf te wachten. Waar wilde ik mezelf laten fotograferen? We stonden voor het station van Hoogezand-Sappemeer. De zon scheen, sneeuw bedekte de Groningse aarde, het voelde als een wintersportdag. Ik antwoordde: ‘Het gasmolecuul op de A7.’ Toen de fotograaf met zijn auto arriveerde, stapten we in. ‘Bij het molecuul kun je niet komen’, waarschuwde hij nog. Toch wilde ik het proberen. Het Slochter Molecuul van beeldhouwer Marc Ruygrok staat sinds 2009 op de middenberm van de A7, precies op de locatie waar op 22 juli 1959 het eerste aardgas van het Slochterenveld werd gevonden. Daar wilde ik gaan kijken. Toen we bij de snelweg kwamen parkeerde de fotograaf zijn auto op de Park & Ride, de lucht van gefrituurde vis kwam ons tegemoet, aan de overkant zagen we de reclamezuil van de McDonalds. Of we al zin hadden in een kibbeling. Nee, geen tijd voor een visje, ik wilde het steile talud beklimmen. Ik stak de eerste sloot over en ploegde in de richting van reusachtige molecule van methaan. Alleen het topje van het acht meter hoge glinsterende beeld kon ik ontwaren. Maar de snelweg was onverbiddelijk en het talud was flink besneeuwd. Dun ijs dreef op de brede sloot die door Rijkswaterstaat onderaan het talud als laatste barrière was gegraven. Ik gaf het op. ‘Dan maar de schuur van Boer Boon’.
Eerder al had Louis Stiller het molecule proberen te bereiken. Voor het schrijven van Gasland (2018) was de schrijver in de zomer van 2017 helemaal vanuit Warffum naar Kolham gefietst. Foto’s uit 1959 en een EO-interview uit 1984 hadden hem schaarse aanwijzingen gegeven: ‘Witte schuur, essen, A7’. Een man op straat vertelde hem dat sinds de jaren zeventig over het landje waar het eerste aardgas was gevonden de snelweg was getrokken. “Eigenlijk ligt het onder de A7.” Stiller zocht en trof de witte schuur van Cees Boon, een telg uit een oud Gronings geslacht dat hier de grond verpachtte, inderdaad ‘op spuugafstand’ van de A7. Hij draaide zich om, om de snelweg en de precieze locatie te spotten, maar zag alleen struiken en bomen. Bij de rotonde onderaan de snelweg gluurde hij door de bosjes met sierkersen en berken speurend omhoog. In de richting van de verhoogde middenberm ontwaarde hij “vijf blinkende bollen die boven de snelweg uitrijzen: een blauwe koolstofkern met daaromheen vier zilverkleurige waterstofatomen.” Maar ook hij moest zich erbij neerleggen dat hij de bollen niet kon bereiken. Zie je wel? De fotograaf knikte meewarig in mijn richting. Had hij het niet gezegd? Aardgas kun je niet fotograferen. Toch maar een visje dan? Gewillig liet ik me voor de schuur van boer Boon fotograferen. Achter de schuur een veld met lelijke zonnepanelen, ervoor twee essen. “Gas,” aldus Stiller, “heeft nooit een grote stempel gedrukt op de Nederlandse cultuur.”
Geef een reactie