Opéra

Gelezen in ‘Haussmann. La gloire du Second Empire’ (1978) van Jean des Cars:

‘s Avonds naar de opera. Niet de nieuwe, maar de oude, van Garnier, aan Place de l’Opera. Het was overigens een balletvoorstelling. Niet dat dat belangrijk was, ik ging vooral vanwege het gebouw. Dat gebouw is schitterend. Vooral de ligging ervan is fraai. Het ligt centraal in het plan van baron Haussmann, prefect van de stad Parijs ten tijde van Napoleon III, die het oude Parijs in enkele decennia vrijwel volledig afbrak en vernieuwde. Over Haussmann had ik juist eerder op de dag de biografie gekocht en was er direct in gaan lezen. Het is de biografie van Jean des Cars. Net als de verhouding tussen Lodewijk XIV en Andre le Notre, interesseert me de verhouding tussen Napoleon III en Eugene Haussmann. Wie was Haussmann, hoe kwam hij aan zijn opdracht en hoe voerde hij deze uit?

Paralellen met Le Notre zijn er zeker. Andre le Notre was, net als zijn vader, tuinarchitect aan het hof van de Franse koning. In die vaste lijnen groeide hij naar de bijzondere positie die hij ten aanzien van Versailles uiteindelijk (gedurende twintig jaar) bekleedde. George-eugene Haussmann zat op Ecole Bourbon in dezelfde klas als de latere koning. Die nabijheid zou hem helpen aan zijn positie van prefect van Parijs. Toen hij aantrad op het stadhuis was zijn boodschap: "Vive l’Empereur, qui veut faire de Paris la premiere ville du monde, une capitale digne de la France!" Anders dan Le Notre was hij geen ontwerper, maar een ambitieuze ambtenaar/bestuurder. Aan architecten, zei hij, had Parijs geen behoefte. De hoofdstad had bovenal behoefte aan een chirurg. En snijden deed Haussmann. Zijn smaak veroordeelde men aanvankelijk. Die vond men bourgeois, modern, "cossu dans se qui’il a de plus fatiguant." Vooral met de rechtlijnigheid van de boulevards hadden veel mensen moeite. Je zou erbij in slaap vallen. En de stijl die hij koos voor de gebouwen leek naar nergens. Zo oordeelde men vernietigend over de stijl van de opera van Garnier. "Ce n’est d’aucun style connu… C’est du Napoleon III, madame!" En toch, al snel werden de brede troittoirs langs de nieuwe boulevards door iedereen hogelijk gewaardeerd. Je kon er heerlijk flaneren. En dat deden de Parijzenaars vanaf dat moment, massaal. Net als ik, op de terugweg van Garniers opera naar mijn studio in de Marais. Volgende week lanceert president Sarkozy zijn plan voor Grand Paris.

‘s Avonds naar de opera. Niet de nieuwe, maar de oude, van Garnier, aan Place de l’Opera. Het was overigens een balletvoorstelling. Niet dat dat belangrijk was, ik ging vooral vanwege het gebouw. Dat gebouw is schitterend. Vooral de ligging ervan is fraai. Het ligt centraal in het plan van baron Haussmann, prefect van de stad Parijs ten tijde van Napoleon III, die het oude Parijs in enkele decennia vrijwel volledig afbrak en vernieuwde. Over Haussmann had ik juist eerder op de dag de biografie gekocht en was er direct in gaan lezen. Het is de biografie van Jean des Cars. Net als de verhouding tussen Lodewijk XIV en Andre le Notre, interesseert me de verhouding tussen Napoleon III en Eugene Haussmann. Wie was Haussmann, hoe kwam hij aan zijn opdracht en hoe voerde hij deze uit?

Paralellen met Le Notre zijn er zeker. Andre le Notre was, net als zijn vader, tuinarchitect aan het hof van de Franse koning. In die vaste lijnen groeide hij naar de bijzondere positie die hij ten aanzien van Versailles uiteindelijk (gedurende twintig jaar) bekleedde. George-eugene Haussmann zat op Ecole Bourbon in dezelfde klas als de latere koning. Die nabijheid zou hem helpen aan zijn positie van prefect van Parijs. Toen hij aantrad op het stadhuis was zijn boodschap: "Vive l’Empereur, qui veut faire de Paris la premiere ville du monde, une capitale digne de la France!" Anders dan Le Notre was hij geen ontwerper, maar een ambitieuze ambtenaar/bestuurder. Aan architecten, zei hij, had Parijs geen behoefte. De hoofdstad had bovenal behoefte aan een chirurg. En snijden deed Haussmann. Zijn smaak veroordeelde men aanvankelijk. Die vond men bourgeois, modern, "cossu dans se qui’il a de plus fatiguant." Vooral met de rechtlijnigheid van de boulevards hadden veel mensen moeite. Je zou erbij in slaap vallen. En de stijl die hij koos voor de gebouwen leek naar nergens. Zo oordeelde men vernietigend over de stijl van de opera van Garnier. "Ce n’est d’aucun style connu… C’est du Napoleon III, madame!" En toch, al snel werden de brede troittoirs langs de nieuwe boulevards door iedereen hogelijk gewaardeerd. Je kon er heerlijk flaneren. En dat deden de Parijzenaars vanaf dat moment, massaal. Net als ik, op de terugweg van Garniers opera naar mijn studio in de Marais. Volgende week lanceert president Sarkozy zijn plan voor Grand Paris.


Posted

in

by

Comments

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *