Paris forever

Gelezen in De botten van Descartes (2008) van Russell Shorto:

Fraaie passage over Parijs aan het begin van de twintigste eeuw in het nieuwste boek van Russell Shorto dat gaat over de botten van de filosoof Descartes. Destijds, dus rond 1900, werd Parijs gezien als de modernste stad ter wereld. Dat gold zeker voor de infrastructuur. Veertig jaar eerder was baron Haussmann al stevig tekeer gegaan door boulevards te bouwen en passages te ontwikkelen. Maar na hem trad er nog een enorme versnelling in de stedelijke moderniseringsoperatie op. Wereldtentoonstelling na wereldtentoonstelling werd langs de oevers van de Seine georganiseerd. De metropool bruiste en groeide. "In Parijs waren, meer dan waar ook, staal en beton en elektriciteit toegepast voor het toneel waarop het moderne leven zich kon afspelen – een langer, gezonder, comfortabeler, meer op de buitenwereld gericht en zelfbewuster leven dan waar voorgaande generaties op hadden mogen hopen." Het zijn precies deze zaken die de zeventiende eeuwse Descartes in zijn ‘méthode’ mogelijk had willen maken. En het bleef niet onopgemerkt. "De Olympische Spelen van 1900 gunden de rest van de wereld een blik op wat een stad kon zijn. Bezoekers zagen een stad waarin het verleden vlak naast de toekomst stond. (…) Parijs had een metro, elektrische straatlantaarns, liften, en een zo modern en efficiënt rioleringssysteem dat mensen er boottochtjes in maakten. De symbool van de moderniteit van de stad trof men op ieder kruispunt aan: hoog op een paal van geornamenteerd gietijzer bevond zich een klok met een grote wijzerplaat, waarvan de Romeinse cijfers ook ‘s nachts leesbaar waren dankzij de lamp erboven. Punctualiteit was voor de late negentiende eeuw en de vroege twintigste eeuw wat de gestandaardiseerde maateenheden voor de late achttiende eeuw waren geweest, en wat computers voor de late twintigste eeuw zounden zijn. (…) Het mechanisme achter deze magie was lucht. Een centrale klok was verbonden met een machine die honderden afzonderlijke cilinders in beweging bracht; wanneer de klok een nieuwe minuut aangaf, gaven de cilinders een luchtstoot af die zich door kilometers lange buizen naar de corresponderende klokken verplaatste, waar de luchtdruk de wijzer naar de volgende minuut liet springen."

Maar dan gebeurt het. "Om even voor elven, op de ochtend van 21 januari 1910 stopten de klokken van Parijs." Het regende en regende, sterker, het had al wekenlang geregend en ‘s nachts was de Seine buiten haar oevers getreden en had straten en kelders onder water gezet. De zaal met de centrale klok was ondergelopen. Vervolgens vielen de straatlantaarns uit en kwamen de metrowagons tot stilstand. Het bleef maar regenen. Hele straten verzakten. Elders werd het wegdek ophoog geduwd doordat de metrotunnels waren volgelopen. Een miljoen mensen moesten hun huizen ontvluchten. Ziekenhuizen werden ontruimd. "Meer dan twee jaar worstelde de stad om er weer bovenop te komen." Echter, januari 1912 gebeurde het opnieuw. De natuur bleek sterker dan de mensen. "Het was alsof de moderniteit zelf was ingestort."

Wat Shorto niet schrijft, is dat nog weer twee jaar later de Eerste Wereldoorlog uitbrak, waarbij Parijs het zwaar te verduren kreeg. Niet de natuur, maar de menselijke geest was daarvan de oorzaak.


Posted

in

by

Tags:

Comments

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *