Gelezen in ‘Triumph of the City’ (2011) van Ed Glaeser:
Parijs telt op dit moment bijna 12 miljoen inwoners en ze groeit nog steeds. De metropool ligt in de regio Ile-de-France. Ile-de-France is groot en bestaat voor 80 procent uit landbouwgrond, voor 20 procent uit stedelijk gebied. De gemeentegrens van Parijs is al tweehonderd jaar ongewijzigd, namelijk die van de negentiende eeuwse vesting waarop na de Tweede Wereldoorlog het asfalt van de Boulevard Périphérique – de ringweg – is gestort. Binnen die ringweg leven ruim 2 miljoen mensen. Tien miljoen Parijzenaars wonen echter buiten de gemeentegrenzen, verspreid over 1280 gemeenten. Dat spreiden van wonen en werken over Ile-de-France was jarenlang bewuste politiek. Voldoende landbouwgrond aanwezig, niet? Het gekke is dat de stad op dit moment juist naar binnen groeit. Ze implodeert als het ware. Iedereen wil namelijk het liefste binnen de Périphérique wonen èn werken. Maar dat lukt natuurlijk niet. De grond- en vastgoedprijzen in de gemeente Parijs stijgen daardoor skyhigh, ook omdat er in de hele gemeente sinds 1974 niet hoger gebouwd mag worden dan 35 meter. Toen schrok Parijs van de impact van de nieuwe Tour Montparnasse. Dus vanwege de vele monumenten is verdichting binnen de ring vrijwel niet meer mogelijk. Net buiten de ring wordt daarom verwoed gepland, ontworpen en gebouwd om aan de enorme vraag aan woningen en kantoren te kunnen voldoen. Binnen de ring zijn voornamelijk spoorwegempacementen van de SNCF die nog kunnen worden bebouwd of overkluisd. Ga maar kijken op Rive Gauche en je ziet de eerste resultaten. Men heelt hier het negentiende eeuwse weefsel. De Franse spoorwegen moeten als het ware de stad Parijs redden, niet door nieuwe lijnen aan te leggen, maar door ruimtelijk in te schikken.
Ed Glaeser noemt in ‘Triumph of the City’ Parijs als een voorbeeld van een metropool die worstelt met zijn succes en die voortdurend dreigt het omringende landschap op te eten omdat ze hoogbouw in het centrum blijft afwijzen. Ondertussen stijgen de grondprijzen in het centrum tot astronomische hoogte, waardoor alleen de zeer rijken zich een appartementje in Parijs kunnen veroorloven. Glaeser rekent voor: een miljoen dollar kost een klein appartement, een overnachting in een hotel kost al snel 500 dollar. “People are willing to pay those prices because the city’s rulers have decided to limit the amount of housing that can be built in the area. Average people are barred from living in central Paris just as surely as if the city had put up a gate and said no middle-income people can enter.” Dat het beeldschone Parijs van Haussmann niet aangetast mag worden door hoogbouw begrijpt de Amerikaanse econoom ook wel, maar waarom niet wat meer woontorens bij stations als die van Montparnasse? Nou ja, goed, dan niet. “Paris is an extreme case.” Anders gezegd, Parijs betaalt een zeer hoge prijs voor zijn succes. De negentiende eeuwse vestingwerken, eigenlijk zijn ze er nog steeds.
Geef een reactie