Stadsklooster

Waren mijn laatste blogs te somber? Vandaag wandel ik met Jan-Jaap Stegeman, een jonge dominee uit Leeuwarden. Hij voert me door de Friese Greidhoek. We lopen van Jorwert naar Leeuwarden. Een felle winterse zon schijnt laag over het land en verdrijft alle regenwolken van de afgelopen periode. Ons gesprek gaat over het plan van Stegeman om een stadsklooster in Leeuwarden te bouwen. Ik word er vrolijk van. Het begint al in Nijkleaster bij Hilaard, even buiten Jorwert. Daar ontmoeten we Hinne Wagenaar die samen met anderen twee jaar geleden al een klooster in deze verlaten boerderij is begonnen. We drinken koffie. Zoiets wil Stegeman dus ook. Vervolgens wandelen we in de richting van de stad. ‘s Zondags preekt Stegeman hier in de Grote Kerk. Zijn gemeente, vertelt hij, vergrijst snel. Over vijf jaar is er niemand meer over. Rondom zijn kerk staan gebouwen die met wat goede wil tot onderkomens voor studenten en gezinnen omgetoverd kunnen worden. Restanten van het oude klooster ernaast kunnen tot een plek van zingeving voor studenten van het HBO en andere opleidingen worden gemaakt: een Zinlab.

Op drie terpen is Leeuwarden gebouwd: Oldehove, Minnema en Nijehove. De kerk van Stegeman staat op de laatste. Aanvankelijk werd de verhoging gebruikt voor een kerkhof, maar al snel kwamen er kerken te staan, alle dicht op elkaar. Volgens Stegeman duidt die geschiedenis op een rijk geestelijk leven. Zijn plan sluit erop aan. Als we Leeuwarden aan de westkant binnenlopen is het stedelijke landschap eerst nog vlak. We passeren voormalige kantoorgebouwen die leegstaan en in de toekomst tot appartementen getransformeerd zullen worden. Vervolgens steken we dwars door de oude binnenstad, tot we op de terp aankomen. We klimmen naar boven. Alle straten zijn hier nauw. Stegeman wijst op de Waalse kerk. De Dominicanen hadden hier ooit een kapel. Ook die zal deel van het kloostercomplex uitmaken. Ernaast is ‘De witte non’, een huis waar de jacobijners woonden, stichters van het aanpalende klooster. Even later staan we in wat er van al dat moois over is: een schitterende ruimte waar de balken hoog boven ons zweven. Erlangs: fraaie kloostergangen. Dit, zegt Stegeman met een glimlach, is het oudste stukje Leeuwarden. God, begrijp ik nu, is misschien toch niet uit Jorwert verdwenen.


Posted

in

by

Tags:

Comments

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *