Dirty footprint

On 30 januari 2012, in duurzaamheid, ruimtelijke ordening, wonen, by Zef Hemel

Gelezen in ‘Triumph of the City’ (2011) van Ed Glaeser:

Wat moeten we hier van denken? In hoofdstuk 8 van ‘Triumph of the City’ stipt Harvard-econoom Ed Glaeser het onderwerp van duurzaamheid aan. In ‘Dirty Footprint’ wijst hij erop dat steden als Houston en Atlanta door hun uitgestrektheid en lage dichtheid benzine vreten en daardoor een enorme ecologische voetafdruk bezitten. Daarbij voegt hij elektriciteitsverbruik, koeling en verwarming, waarna hij komt te spreken over het klimaat. In het zuiden en midden van de USA zijn de zomers heet, aan de oostkust zijn de winters koud. In deze streken wordt bijgevolg veel energie verbruikt. “Coastal California is by far the greenest part of the country.” Dus waarom leven er niet meer Amerikanen in Californië?, vraagt hij zich af. Er is daar ruimte genoeg. Er zouden er nog miljoenen mensen kunnen wonen. Zelfs in het hart van Silicon Valley, langs route 280, ervaart de automobilist het landschap als “an open Eden”. Toch is de bevolkingsgroei er dramatisch teruggelopen na 1990. “Over the last seventeen years, Silicon Valley has been one of the most productive places on the planet, but its population growth has lagged behind the rest of the nation’s.” Ed Glaeser begrijpt het niet. Uit oogpunt van duurzaamheid zouden minder mensen in Houston en Dallas moeten wonen, en juist veel meer in Silicon Valley. Het klimaat is daar gunstiger, de inkomens zijn er hoger, en ook de prijzen van onroerend goed lachen je toe.

Het antwoord weet hij. Volgens hem worden in Silicon Valley te weinig huizen gebouwd. Dat komt doordat de milieubeweging woningbouw verhindert. In 2000 was al een kwart van het land in de Bay Area beschermd gebied. Hij wijst erop dat de milieuactivisten daar zeer trots op zijn, maar trekt hun triomf in twijfel. Wanneer milieubeschermers de bouw in bepaalde gebieden verhinderen, dan zal die bouw elders neerslaan. Vaak zijn die plekken ongunstiger gelegen. “While limits on California’s growth may make that state seem greener, they’re making the country as a whole browner and increasingly carbon emissions worldwide.” Ik moest onmiddellijk denken aan de grote steden in de Randstad. Vooral rond Amsterdam wordt veel grond tegen woningbouw beschermd. Nee, het is erger. Zelfs IJburg tweede fase lijkt niet van de grond te komen. Maar als Amsterdam zelfs IJburg II niet bouwt, dan zal de woningbouw elders neerslaan. Grote klimaatverschillen kennen we binnen Nederland niet. Maar de afstanden tussen woning en werk kunnen wel flink oplopen. Is er iemand in Nederland die hier op let?

Best eng

On 8 februari 2011, in economie, by Zef Hemel

Gelezen in NRC Handelsblad van 5 februari 2011:

Volgens columnist Johan Schaberg kun je innovatie op drie niveaus aanpakken: producten, ondernemingen en infrastructuur. “Traditioneel denken wij bij innovatie meestal aan nieuwe producten.” Maar op het oude Ministerie van Landbouw deden ze het anders, aldus Schaberg, zelf zoon van een boer. Daar stond de infrastructuur centraal: een indrukwekkend en succesvol netwerk van agrarische bedrijven, politiek, onderwijs en onderzoek. “Het werd in zijn macht en invloed wel vergeleken met het beruchte militair-industrieel complex in Amerika, en het buitenland keek er met afgunst naar. Het maakte Nederland ondanks zijn geringe oppervlakte een tijdlang tot de grootste agrarische exporteur na de Verenigde Staten.” Een ander voorbeeld dat hij noemt is Israel als broedplaats van innovatieve bedrijven. Ook daar is door de overheid aan een infrastructuur gebouwd. Ten slotte noemt hij Zuckerbergs Facebook. Ooit begonnen op Harvard aan de Amerikaanse Oostkust, verhuisde deze jonge ondernemer naar Californië, “die gonzende bijenkorf van geeks, nerds, ervaren ondernemers en durfkapitalisten, die hem naar een volgend niveau konden tillen.” Ook infrastructuur.

Het nieuwe industriebeleid van het kersverse Ministerie van ELI lijkt de raad van Schaberg al op te volgen. Het clusterbeleid in ontwikkeling gaat vooral bouwen aan de infrastructuur. Het is best eng allemaal. Het landbouw-industrieel complex van Wageningen heeft immers grote schade aangericht, geobsedeerd als het was door jarenlang veel, uniform voedsel te produceren tegen zo laag mogelijke prijzen. Zelfs Sicco Mansholt zag in 1994 de rampzalige gevolgen ervan in: “Het is een onhoudbare toestand, een stroperige brei van belachelijke maatregelen. Een drama.” En Israel is de afgelopen vijftien jaar vooral een high-tech staat geworden door de meedogenloze oorlogs- en veiligheidsindustrie. Het kleine landje telt niet minder dan 350 bedrijven die produceren voor de binnenlandse veiligheidsdiensten. Lees The Shock Doctrine (2007) van Naomi Klein. “The fact that Israel continues to enjoy booming prosperity, even as it wages war against its neighbors and escalates the brutality in the occupied territories, demonstrates just how perilous it is to build an economy based on the premise of continual war and deepening disasters.” Het door Schaberg opgevoerde Californië ten slotte is het ultieme product van een grootschalige defensie-industrie: van het bouwen van vliegtuigen, tanks en raketten door Boeing, Lockheed en anderen. Kortom, het is ronduit gevaarlijk wanneer regeringen innovaties in het bedrijfsleven gaan stimuleren langs de weg van de infrastructuur. Tenzij ze steden helpen bouwen. Goede, leefbare en creatieve steden, boodevol talent. En mooi platteland.

Tagged with: