Gelezen in ‘Triumph of the City’ (2011) van Edward Glaeser:
Bron: Newgeography 2016.
Ineens was daar Houston, Texas; de Amerikaanse stad werd wereldnieuws. Met de komst van de orkaan Harvey begon het in deze zuidelijke stad in de Verenigde Staten extreem te regenen: 1300 mm neerslag in een paar uren tijd. Alles liep onder, mensen verdronken, de schade is enorm. Veel las ik in de Nederlandse kranten over kustbescherming en waterwerken, weinig over de stad zelf. Houston, de vierde stad van de VS, telt inmiddels al 2,5 miljoen inwoners. Ze beslaat een oppervlak bijna zo groot als heel Nederland (10.000 vs 13.000 vierkante mijl), voornamelijk prairiegrond. Sinds 2000 zijn er meer dan een miljoen mensen in Houston gaan wonen. De stad groeit explosief, mensen wonen er in een extreem lage dichtheid. De Amerikaanse econoom Edward Glaeser gebruikt in ‘Triumph of the City’ (2011). Houston als voorbeeld van een stad die buitengewoon succesvol is in het aantrekken van nieuwe bewoners. Maar, schrijft hij, Houston is ook mikpunt van spot. Mensen aan de Oost- en Westkust kijken op de stad neer en beschouwen haar als niet minder dan een duivelsnest. Glaeser vraagt om begrip.
Voor de middenklasse, schreef hij in 2011, is Houston een geweldig alternatief. Wonen in deze Texaanse stad is gewoon veel goedkoper dan wonen in New York, San Francisco, Los Angeles of Boston. Vooral de middenklasse weet ze aan te trekken, ook al moet die gemiddeld 98 dagen per jaar een temperatuur van boven de 32 graden Celsius verdragen. Glaeser: “You get much more house in Houston, and you pay a lot less for it.” En scholen zijn er niet slechter dan in New York. “For middle-income people, the biggest economic advantage of Texas is not lower taxes or higher incomes, but affordable housing.” Waarop Glaeser zich afvraagt waarom huizenprijzen in Houston zoveel lager zijn dan elders. Antwoord: de grond is er goedkoop. En geef toe, Amerika heeft grond genoeg. Slechts 3 procent van het landoppervlak is stedelijk. Daarom ook spenderen Amerikanen gemiddeld niet meer dan 25 procent van hun inkomen aan huisvesting. Behalve in de grote steden. In Los Angeles is wonen 350 procent duurder dan in Texas, in New York nog veel meer. En dat heeft niets te maken met bouwkosten. Er is genoeg land, maar daarop mag niet worden gebouwd. Vandaar dat Houston maar blijft groeien terwijl de bevolking van New York, San Francisco, Chicago en Los Angeles stagneert. Glaeser: “If older cities with high prices are going to compete, then they must act more like Houston and allow more building.” En ze moeten verder de hoogte in. Echter, doordat ze dat niet doen groeit de bevolking spectaculair juist op de plaats waar Harvey afgelopen week genadeloos toesloeg: in Houston.
Gelezen in Aerotropolis (2011) van John Kasarda:
“Transportation is destiny”, beweert de Amerikaan John Kasarda in zijn recent verschenen boek Aerotropolis (2011). Daarom wil hij ons doen geloven dat vliegvelden in de eenentwintigste eeuw belangrijker zijn dan steden. Vliegvelden vormen niet alleen de steden die ze bedienen, ze wòrden steden op zichzelf. Kasarda zou het gemeentebestuur van het krimpende Detroit er van hebben overtuigd dat ze het beste een groot vliegveld kan bouwen. Ik hoop het niet. En Los Angeles is voor hem het bewijs dat een stad aan positie verliest als het geen mainport in de nabijheid heeft. Huh? Hoe kan je nu een uiterst succesvolle metropool van vijftien miljoen inwoners aanpraten dat ze kansen heeft gemist omdat ze geen mainport heeft? Ze is toch zelf het levende bewijs van het tegendeel. Steden hoeven helemaal geen hele grote vliegvelden te hebben om succesvol te zijn. Liever niet zelfs. Die van LA is groot genoeg.
In ‘Triumph of the City’ (2011) wijdt de Amerikaanse econoom Ed Glaeser slechts één passage aan vliegvelden in relatie tot steden. Deze nuchtere passage gaat als volgt: “Many suburban communities have grown up arount airports, like Chicago’s O’Hare. This pattern is, in a way, no different from the earlier tendency of people and companies to locate near wharfs and rail yards.” Glaeser beschrijft hier The Woodlands, een suburbaan gebied op dertig mijl afstand van het centrum van Houston. Wat blijkt? Een deel van de inwoners van The Woodlands gebruikt bijna dagelijks het nabije vliegveld. Ze pendelen als het ware door de lucht. Vergelijk het met Hoofddorp. Het zal best. Om daar nu, zoals Kasarda doet, een heel boek aan te wijden en de oude steden meteen maar dood te verklaren, is natuurlijk overdreven. Ik ben alleen bang dat het gemeentebestuur van Detroit het dwaze advies zal volgen om de slinkende stad nieuw leven in te blazen met een flinke stoot kerosine en een mega-investering in landingsbanen. Arm Detroit. Arme belastingbetaler. Arm milieu.
reacties