Kennismetropolen

On 13 december 2013, in innovatie, onderwijs, by Zef Hemel

Gelezen in ‘Mapping the Times Higher Education’s top-400 universities’:

Mark Graham en Stefano de Sabbata van Oxford University tekenden een bijzondere kaart van de wereld. De top 400 World University Rankings 2013-2014 volgens Times Higher Education projecteerden ze geografisch op de verschillende continenten in metropolitane clusters tegen een achtergrond die het inkomensniveau van de verschillende landen volgens cijfers van de Wereldbank weergeeft. Voor een topconcentratie waren tenminste vier topuniversiteiten binnen een straal van 50 kilometer koopkrachtig stedelijk gebied vereist. Binnen Europa werden de concentraties met de hand nog iets verder verfijnd, omdat het oude continent relatief kleine steden telt en men hier toch tot ‘betekenisvolle metropolitane regio’s’ wilde komen. Zo creëerden de onderzoekers een verrassend wereldbeeld van geografische concentraties van topuniversiteiten, hoge inkomens en grootstedelijkheid: drie graadmeters voor de belangrijkste kennissteden van de 21e eeuw.

Wat blijkt? De helft van de 400 topuniversiteiten wordt aangetroffen in Europa. Toch telt Europa niet meer dan vijf kennisconcentraties. De grootste concentratie hoogwaardige kennis, stedelijkheid en inkomen wereldwijd doet zich voor in Groot-Londen (zonder Cambridge en Oxford), op de voet gevolgd door Boston, Massachusetts. Daarna volgen Parijs, Washington DC en Hong Kong. De derde groep bestaat uit West-Midlands (Liverpool en Manchester), Seoul en Taipei. Voeg daarbij New York, Melbourne, Sydney, Tokio, Brussel en Groot-Amsterdam. Bij de laatste telden de Britse onderzoekers het gestelde minimum van vier topuniversiteiten – UvA, VU, Leiden en Utrecht – binnen een straal van 50 kilometer stedelijk gebied (de overige Nederlandse topuniversiteiten liggen perifeer en tellen dus niet mee). Groot-Amsterdam behoort daarmee tot de veertien belangrijkste metropolitane concentraties van hoogwaardige kennis in de wereld. Het is een machtig gegeven waarop de beleidsmakers in de EU en Den Haag trots en zuinig zouden moeten zijn. Graham en De Sabbata: "The universities in the top-400 list don’t just command an undue amount of power, resources and influence, but also serve to actively produce and reproduce it in particular parts of the world."Niet fuseren dus, die UvA en VU.

Tagged with:
 

Amsterdam kennisstad II

On 18 juni 2013, in economie, onderwijs, by Zef Hemel

Gelezen in ‘The Class of 2020’ (2012):

Nederland is een van de snelste groeiers in het internationale beroepsonderwijs. Van 6,6 procent van alle inschrijvingen in 2007 is het aandeel internationale studenten bij ons gegroeid tot 8,4 procent in 2011, in absolute aantallen gaat het om 56.131 studenten. De meeste masteropleiding zijn bij ons Engelstalig, de Nederlandse universiteiten hebben in internationale benchmarks een relatief hoge ranking – hun veelal interactieve onderwijs doet het in het buitenland goed. Toch is het marktaandeel van ons land op deze groeimarkt nog beperkt, namelijk 1,2 procent. Veruit het grootste aandeel levert het Verenigd Koninkrijk met bijna 14 procent, gevolgd door Australië (bijna 7 procent), Duitsland, Frankrijk en Canada (iets minder dan 5 procent). Ons aandeel is eerder vergelijkbaar met dat van Zweden. De top drie herkomstlanden zijn bij ons Duitsland, China en België. Wereldwijd is het aantal internationale studenten in de afgelopen tien jaar verdubbeld tot meer dan 4 miljoen. OESO verwacht opnieuw een verdubbeling tot 2025. Nederland zou daarvan naar verhouding bovenmatig kunnen profiteren. Tot zover de statistieken, ontleend aan het Nuffic.

Waarom zouden internationale studenten kiezen voor een studie aan de Nederlandse universiteit? Het aanbod van studentenhuisvesting lijkt in deze nauwelijks een rol te spelen. Veeleer gaat het om persoonlijke ontwikkeling, om het opdoen van internationale ervaring, om de kwaliteit van het Engelstalige onderwijsaanbod en om de stad in kwestie. Omgekeerd is het voor de stad van keuze profijtelijk om internationale studenten aan zich te binden. Want niet alleen over hun opleiding, maar vooral over hun leef- en woonervaringen in die buitenlandse stad zullen de internationale studenten later, wanneer ze zijn afgestudeerd, met liefde vertellen. In handel en zakendoen kan deze bekendheid de stad later veel opleveren. Een derde van de studenten in Maastricht is internationaal: 7.000, meest afkomstig uit Duitsland. Amsterdam staat op plaats twee met 6.000 internationale studenten. Naar verhouding (de stad, de universiteiten) is dat nog niet erg veel. De groeipotentie in Amsterdam is veruit het grootst.

Tagged with:
 

Amsterdam Lezingen 2013

On 22 december 2012, in wetenschap, by Zef Hemel

Met de benoeming van Zef Hemel op de Wibautleerstoel (per 1 januari 2012) start in 2013 een nieuwe serie Amsterdam Lezingen. De lezingen, met als thema ‘Amsterdam Kennisstad’, richten zich op de wetenschapsterreinen waar Amsterdam wereldwijd in uitblinkt. UvA-hoogleraren vertellen over hun vakgebied en over de rol die de stad daarin speelt. Elke spreker geeft een korte lezing als aanzet voor discussie met het publiek. De lezingen beginnen om 20.00 uur en zijn gratis.

4 februari – Louise Gunning-Schepers over kennis voor de stad Amsterdam.

11 februari – Willem Stiekema over planten, zaadveredeling, biologie en Science Park Amsterdam.

25 februari – Ron Peters over urbanisatie, etniciteit en gezondheid: het Amsterdamse HELIUS-onderzoek.

4 maart – Rens Bod over de creatieve industrie, de stad en de waarde van de humanities.

11 maart – Peter Sloot over complexiteit, modellenbouw en de toepassing ervan op Amsterdam.

18 maart – Marita Mathijsen over Jacob van Lennep, de negentiende eeuw en het unieke drinkwaterleidingsysteem van Amsterdam.

locatie: CREA, Nieuwe Achtergracht 170 (Roeterseiland), Amsterdam.

aanmelden via www.uva.nl/amsterdamlezingen (vanaf begin januari 2013)

 

Louise Gunning is voorzitter van het College van Bestuur van de Universiteit van Amsterdam en de Hogeschool van Amsterdam.

Willem Stiekema is directeur van het Swammerdam Instituut voor Levenswetenschappen en hoogleraar Bioinformatica aan de Faculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica.

Ron Peters is hoogleraar Klinische cardiologie aan de Faculteit Geneeskunde (AMC).

Rens Bod is hoogleraar Computationele en digitale geesteswetenschappen aan de Faculteit der Geesteswetenschappen en de Faculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica.

Peter Sloot is hoogleraar Computational science aan de Faculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica.

Marita Mathijsen-Verkooijen is emeritus hoogleraar Nederlandse Letterkunde aan de Faculteit der Geesteswetenschappen.

Tagged with: