Gelezen in NRC Handelsblad van 6 oktober 2013:
Van de 37.000 abonnees van NRC Handelsblad die sinds enige maanden een ‘Amsterdam-bijlage’ ontvangen ben ik er een. Voor sommige lezers is die bijlage een teken dat NRC een Amsterdamse krant aan het worden is. De verhuizing, vorig jaar, van de redactie naar het Amsterdamse Rokin vonden zij al even verdacht. Beide vernieuwingen brengen zij nu met elkaar in verband. Men beschuldigt de redactie van een ‘Amsterdamse reflex’. Een student journalistiek, Merlijn Kerkhof, gooide olie op het vuur met zijn onderzoek waaruit bleek dat al voor de verhuizing van de redactie van Rotterdam naar Amsterdam beduidend meer artikelen over Amsterdam in de krant verschenen dan over Rotterdam, laat staan over de rest van het land. NRC Ombudsman Sjoerd de Jong reageerde prompt in NRC met de uitleg dat Amsterdam een advertentiemarkt heeft die de speciale uitgave rechtvaardigt en hoofdredacteur Vandermeersch zei dat hij met de gedachte speelde om ook zo’n bijlage over Rotterdam en eventueel andere steden te maken als daar een lokale advertentiemarkt zou zijn. Tegelijk stelde De Jong vast dat lokale en regionale kranten het moeilijk hebben juist vanwege de krimpende lokale advertentiemarkt. Onwaarschijnlijk dus.
Hoe omvang is die Amsterdamse advertentiemarkt? Die markt bestaat uit 37.000 Amsterdamse abonnees, en 66.000 als de kopers van losse nummers van de kwaliteitskrant worden meegerekend. Denk daarbij aan het publiek op de vijf grote stations en op de metrohaltes, de vele congresgangers van de RAI, de forensen op de Zuidas, BijlmerArena, AMC en Sloterdijk, dan hebben we het over het grootstedelijke interactiemilieu met zijn oververtegenwoordiging van hoogopgeleiden, verzameld in de expanderende hoofdstad gelegen tussen het Gooi, de Utrechtse heuvelrug en de binnenduinrand. Samen vormt dit een interessante en groeiende doelgroep voor een kwaliteitskrant in een verder slinkende nationale markt. Inderdaad, grote steden heeft Nederland niet. Toch telt het Amsterdamcomplex nog altijd bijna 4,5 miljoen inwoners, waarvan zestig procent hoogopgeleid en een groeiend aantal jongeren. Voldoende dus voor een ‘Amsterdam’-katern.
Gelezen in NRC Handelsblad van 15 oktober 2011:
Maria Garcia is ‘s werelds beroemdste krantenontwerper. De Cubaanse Amerikaan, 64 jaar oud, werkte in de afgelopen 41 jaar aan de vormgeving van 578 kranten over de hele wereld. Laatst nog voor Het Parool, NRC Handelsblad en AD. Net als planning draait het bij kranten om ‘storytelling’, beweert hij. “De nadruk op storytelling, het vertellen van verhalen, is een constante in mijn werk. Je verleidt de lezer als eerste met een goed verhaal.” Lange verhalen moeten mooi worden verbeeld. Bij elk herontwerp moet ook opnieuw worden nagedacht over de inhoud van de krant. “Drie dingen zijn belangrijk: maak de informatie in je krant eenvoudig te vinden, eenvoudig te lezen en presenteer het attractief.” Mooi is ook zijn observatie dat redacteuren dikwijls conservatief zijn, terwijl lezers juist openstaan voor veranderingen. Al deze raadgevingen kunnen planners in hun zak steken. Planning is immers voor 80 procent communicatie.
Opmerkelijk in het interview dat Jan Benjamin met Garcia in Wenen had, waren zijn uitweidingen over zijn werkwijze. “Ik ben een hardloper. Ik ren door steden waar ik ben voor mijn werk. En dan kijk ik om me heen. Wat ligt er in de vuilnisbakken? Welke kleur gordijnen hebben de mensen voor hun ramen? Die indrukken verwerk ik in mijn ontwerpen.” De krantenontwerper richt zich dus op steden. Net als vroeger horen kranten weer helemaal bij steden, hun identiteit moet daarbij aansluiten. Garcia: “Kranten moeten beter uitleggen wie zij zijn.” Ineens begreep ik de aanstaande verhuizing van NRC Handelsblad naar Amsterdam. Gordijnen hebben de Amsterdammers niet. Maar wat zou Garcia in de Amsterdamse vuilnisbakken hebben aangetroffen?
reacties