Gelezen in Le Monde van 3 augustus 2017:
Op 3 december 2014 lanceerde de toen pas aangetreden burgemeester van Parijs, Anne Hidalgo, in het Pavillon d’ Arsenale het programma ‘Reinventer Paris’. Voor 23 locaties binnen de Franse hoofdstad vroeg zij om voorstellen, in te dienen in een internationale open inschrijving. Informatie over alle locaties was op een publiek toegankelijke website te vinden. De meeste betroffen plekken die verlaten waren of waar op dat moment weinig gebeurde. Gevraagd werd om innovatieve voorstellen voor een beter gebruik: flexibeler, gemengder, ecologischer, socialer. “These sites form a diverse supply of land and housing, spread over the Paris area and rapidly available. They comprise land and property owned by the City or its partners – social housing landlords or developers. For each of them, a specific procedure will be implemented so that the winning innovative project can be brought to fruition.” Het leek er op dat de winnende voorstellen ook zouden worden uitgevoerd. De hele wereld kon meedoen. In het voorjaar van 2015 stroomden de eerste voorstellen binnen, waarna in de zomer een jury de meest aansprekende inzendingen koos uit de in totaal 372 inzendingen. Inmiddels zijn de winnaars bekend en is er in 2017 alweer een tweede ronde locaties uitgeschreven. Afgelopen maart werden daarvan de finalisten bekend gemaakt. En daarna volgden ‘Reinventer la Seine’ en ‘Reinventer le Metropole’.
De beproefde werkwijze bleek succesvol en werd in korte tijd zeker driemaal herhaald. Maar in Le Monde verscheen er in de zomer van 2017 kritiek op de oogst van de eerste ronde. Op dat moment was het werk van de prijswinnaars voor het groot publiek tentoongesteld. Frédéric Edelman vond de meeste voorstellen tamelijk naïef en getuigen van ‘groen infantilisme’. Ze deden hem denken aan ‘Banlieu ‘89’ uit 1984, toen de tweehonderd inzendingen volgens betrokkenen van dezelfde naïviteit hadden getuigd. Men had het beschouwd als politieke propaganda. Erger vond hij dat de professie nog altijd niet in staat was gebleken om hardnekkige maatschappelijke vraagstukken op te lossen met doorwrochte ontwerpen. Is dit een nieuw model over stadsontwikkeling?, vroeg de architectuurwebsite AMC zich af. De prijsvraag had de stad weinig gekost, maar had een oogst aan ideeën opgeleverd voor grondprijzen tegen een waarde van in totaal 565 miljoen euro. Ook zij vond de meeste ontwerpen zeer matig. De kritiek werd door het stadhuis verworpen. De waarde van haar aanpak, beweerde ze, moest in de onorthodoxe samenstelling van de teams worden gezocht, waarin architecten hadden samengewerkt met gebruikers, ontwikkelaars en NGO’s. Zo’n aanpak vond ze beter dan projectontwikkeling. En de meeste architecten, voegde ze eraan toe, waren keurig door de betrokken private partijen betaald, daar was de overheid niet voor nodig. Waarop de redactie concludeerde: “La polémique sur la rémunération n’est en réalité que le symptôme d’une époque marquée par la privatisation grandissante de la commande publique."
Gelezen in NRC Handelsblad van 5 juni 2008:
Tijdens de zomervakantie kocht ik in een antiquariaat in Forsmark, Zweden, een negentiende eeuwse gravure van de Champs-Élysées, volgens Reclams Kunstführer een van de mooiste stadsstraten ter wereld en volgens Peter Hall ""the grandest urban perspective in all Europe", ten tijde van de wereldtentoonstelling van 1855 (fraaier overigens dan hier afgebeeld). Links op de voorgrond zie je het Palais de l’Industrie dat later, in 1900, het veld moest ruimen voor het Grand Palais. Daarachter, links, de Galérie, ook verdwenen, als een verlengstuk van het Louvre langs de Seine. Nog duidelijk te zien is de pas in 1836 gereed gekomen Arc de Triomphe aan het uiteinde van de door André Le Notre in 1664 ontworpen laan in het verlengde van zijn as van de Tuilerieën, hier nog als begrenzing van de stad. Op de achtergrond een landelijk Monmartre. Ziedaar het negentiende eeuwse Parijs. Schitterend.
Die begrenzing van Parijs is sindsdien een flink eind opgeschoven. Parijs telt nu 8 tot 11 miljoen inwoners, afhankelijk van de gekozen bestuurlijke grenzen. En nu wil president Sarkozy een plan voor Grand Paris, inclusief de banlieus. Dat meldde begin deze zomer NRC Handelsblad, die in het artikel kennelijk blindvaart op mededelingen van Winy Maas van het Rotterdamse bureau MVRDV, die als een van de tien deelnemers betrokken is bij de opgave.
Tsja, wat is die opgave? Uit het krantenartikel wordt het niet duidelijk. Maar eerder, deze winter, zagen we al een parlementaire commissie zijn opwachting maken in Amsterdam. Die moest een metropolitane opgave formuleren voor de Franse metropolen, in opdracht van de nieuwe president. Eerder berichtte ik over de inhoud van haar rapport. Wat ik nu lees in de krant is dat de stedenbouwkundigen moeten adviseren over werkelijk alles. "Maar vooral hebben zij de opdracht om na te denken over alles. Behalve over stedenbouwkundige inrichting dus ook over vragen als waar de grenzen van het nieuwe, grote Parijs moeten liggen, hoe het bestuurd moet worden, hoe de activiteiten in de metropool onderling samenhangen, en op welke manier het publiek inspraak mag hebben."
Ga d’r maar aan staan. De architecten hebben zeven maanden de tijd gekregen. Zeven maanden? Het is alsof je een recept moet schrijven. Ik geef ze een tip: suggereer de president een nieuwe wereldtentoonstelling. In de banlieus van Parijs. In een as van Le Notre.
reacties