Democratie in Duitsland

On 7 januari 2011, in infrastructuur, participatie, politiek, by Zef Hemel

Gelezen in NRC Handelsblad van 1 december 2010:

De opstand van de burgers van het keurige Stuttgart was een van de opmerkelijkste gebeurtenissen van het afgelopen jaar. Ik berichtte erover in de zomer. Inmiddels is het werk van bemiddelaar Geissler afgerond en lijkt de rust teruggekeerd. Heiner Geissler heeft zijn werk dus naar tevredenheid gedaan. Dat moest ook wel, want zelfs de regering in Berlijn begon zenuwachtig te worden. Waartegen richtte zich de woede van de burgers? Tegen Stuttgart 21: de bouw van een ondergronds centraal station in de binnenstad en de daarmee gepaard gaande afbraak van het historische station en zijn lommerrijke omgeving. Dit miljardenkostende project is door de interventie van Geissler echter nog vele malen duurder geworden. Want de 80-jarige Christen-Democraat heeft een typische bestuurlijke oplossing gevonden waarbij de zittende bestuurders kunnen blijven zitten, de bouw gewoon doorgang kan vinden, maar de burgers beloften worden gedaan die veel extra geld gaan kosten. Hun eigen belastinggeld. En het project was al zo duur.

Geissler beloofde de burgers van Stuttgart betere toegankelijkheid voor gehandicapten, een milieuvriendelijker bouw en een stresstest die aantoont dat de reizigerscapaciteit van het nieuwe station voldoende is. That’s all. Hoeveel de meerkosten zullen zijn weet niemand. Voorlopig troost iedereen in Duitsland zich met de gedachte dat Geissler iets unieks heeft gedaan: hij heeft gepraat met de burgers. “Het experiment is een voorbeeld geworden: politici moeten in de toekomst anders met hun burgers omgaan,” kopte de Süddeutsche Zeitung. Wat deed Geissler precies? Hij voerde gesprekken met voor- en tegenstanders en zond die rechtstreeks uit, via televisie en internet. Iedereen kon zijn zegje doen. En iedereen die dat wilde kon het volgen. “Door zijn democratische aanpak is de wrok van de bevolking afgenomen.” Hoe herkenbaar is dit alles. En hoe treurig ook. Zo worden stedelijke projecten duur en omstreden, door onvermogen tot echte dialoog. En wat zegt de oppositie? “Het verzet gaat door, dat is duidelijk na deze uitspraak.”

Tagged with:
 

Ontketende stad

On 10 september 2010, in infrastructuur, by Zef Hemel

Gelezen in NRC Handelsblad van 3 september 2010:

De bevolking van het Zuid-Duitse Stuttgart is in opstand. De anders zo kalme stad waar naar beste Schwäbische traditie hard wordt gewerkt en veel geld wordt verdiend, kookt op dit moment over. Aanleiding: het oude natuurstenen kopstation, daterend van 1911 en ontworpen door Paul Bonatz en Friedrich Scholer, wordt op last van het gemeentebestuur afgebroken. Het wordt vervangen door een miljardenproject – de teller staat nu al op 4,1 miljard euro. Een ondergrondse spoorverbinding moet internationale treinen een ongehinderde doorgang verschaffen tussen noord en zuid. Er komt een ondergronds station. Een flink deel van de binnenstad moet ervoor op de schop. Burgers beschuldigen het CDU-bestuur van gigantomanie. “De politici hebben de emotionaliteit en het rechtvaardigheidsgevoel van de burgers onderschat. Vanouds is in de ziel van de Stuttgarters niet alleen plaats voor conservatieve bescheidenheid. Ook democratische gezindheid staat hier voor een cultuur van vooruitgang,” citeert NRC Handelsblad de Duitse columnist Joe Bauer. Stuttgart is veranderd in een ontketende stad. “Dit is de grootste actie van burgerlijke ongehoorzaamheid in Duitsland sinds de protesten tegen het DDR-bewind in 1989.”

Toen ik het opmerkelijke bericht las moest ik onmiddellijk terugdenken aan het bezoek van een omvangrijke delegatie van CDU-politici uit Stuttgart aan Amsterdam, het was, meen ik, vlak voor deze zomer. Ze bezochten elk jaar een Europese metropool, hadden ze gezegd. Ze waren via Brussel naar Amsterdam gekomen. Ze wilden verhalen horen over metropoolvorming in de Hollandse delta. Het verhaal dat ik hen bij die gelegenheid opdiste stuitte op vriendelijk gelach, milde spotternij en licht ongeloof. Het polderen als getuigend van een door en door democratische gezindheid boezemde hen bijna fysieke weerzin in. Toen ik over de poldertafel begon haakten de meesten af. De directeur stadsontwikkeling van Stuttgart riep me bijna tot de orde. Hoe kon je nou zonder wetgeving en vastgestelde plannen zo omstandig en lang met elkaar praten zonder direct besluiten te nemen? En ging dat allemaal in harmonie? Na afloop kreeg ik een kaartje van diezelfde directeur stadsontwikkeling en een uitnodiging om naar Stuttgart te komen. Ik overweeg de eerstvolgende trein naar het zuiden te nemen.