Veerkrachtige steden

On 3 december 2012, in economie, by Zef Hemel

Gelezen in Chicago Tribune van 29 november 2012:

De beste manier om de economie van een land te bestuderen is haar steden goed te volgen. Afgelopen week publiceerde Brookings Institution weer zijn jaarlijkse overzicht van de staat van de steden in de USA. Liefst 76 van de 300 grootste metropolitane regio’s ter wereld tellen de Verenigde Staten. Dat is meer dan enig ander land. Vandaar ook dat de VS over de krachtigste economie ter wereld beschikken. Slechts drie Amerikaanse steden presteerden het afgelopen jaar economisch weer beter: Knoxville (Tennessee), Dallas en Pittsburgh. Knoxville is een kleintje, de andere twee zijn beduidend groter. Wat hebben de drie steden met elkaar gemeen? Brookings noemt: “strong social services such as health care, and business and financial services that cater for specific industries.” Ook zijn het drie steden die hun publieke middelen zijn blijven investeren na de recessie, (al vrezen de drie steden dat Washington hen uiteindelijk zal dwingen toch te bezuinigen). "All three cities created long-term stability with local services and the public sector, and growth with business and financial services.”

De Amerikaanse steden met veel industrie, export of logistiek deden het allemaal beroerd. Opnieuw blijkt dat grote steden met een sterk ontwikkelde zakelijke dienstverlening en een krachtige publieke sector, waarin door de lokale overheid onafgebroken wordt geïnvesteerd in hoger onderwijs, gezondheidszorg, openbaar vervoer en publieke dienstverlening veerkrachtiger zijn en beter bestand tegen crises dan traditionele industriële steden. Allicht, zou je zeggen, zulke dienstverlenende metropolen zijn minder afhankelijk van de rest van de wereld en creëren permanent welvaart voor hun eigen bevolking. Het zijn sociale steden waar mensen graag willen leven. Het is duurzaam, sociaal en economisch profijtelijk tegelijk.

Tagged with:
 

Weggegooid geld

On 26 september 2010, in duurzaamheid, economie, by Zef Hemel

Gelezen in Foreign Policy, september/oktober 2010:

Centraal in het debat van het Urban Investment Network, onderdeel van het ULI, in Istanbul afgelopen week stond het begrip ‘resilience’. Wat is een veerkrachtige stad? Mijn antwoord was: diversiteit bepaalt de veerkracht. Bij een deel van de zaal werd dit herkend. Dat waren de planners. Maar de investeerders dachten er heel anders over. Een topman van Ernst and Young beweerde ook op het eind van de dag nog dat steden veel duidelijker moeten kiezen. Ze moeten niet alles willen. De investeringen die ze willen komen niet of zullen leiden tot teleurstellingen, het is weggegooid geld. Een CEO van Morgan Stanley geloofde zelfs dat de Europese steden niet meer interessant zijn om in te investeren nu de bevolking krimpt. Mijn stelling is juist dat steden, willen ze overleven, veel tegelijk moeten nastreven, dat wil zeggen ze moeten niet meer van hetzelfde willen (nóg meer containerterminals), maar ze moeten kwalitatieve groei nastreven, groeien in verscheidenheid. De omvang van de stad is hierin niet bepalend. Relatief kleine (oude!) Europese steden zijn vaak al zeer divers. En het is ook niet zo dat ze direct succes zullen hebben. Het gaat in kleine stapjes. Maar is een stad eenmaal voldoende divers, dan gaat het proces van diversificatie steeds gemakkelijker. “Success breeds success.”

In de nieuwste Foreign Policy staat in een bijschrift bij de Global Cities Index 2010 een kadertekst met de titel ‘’The world’s Detroits’’. Het gaat om de steden in de wereld die verliezen. Timbuktu staat model voor stedelijk verval. “History is littered with the carcasses of once-great cities that couldn’t – or wouldn’t – adapt to changing circumstances.” Steden, aldus het blad, groeien en veranderen traag. Vele kunnen ontwikkelingen helemaal niet bijhouden. Istanbul wordt genoemd als een uitzondering op de regel, maar laat ook zien hoe lang het kan duren voordat een stad na een flinke neergang weer overeind krabbelt. Welke steden passen zich het beste aan? Welke steden zijn het meest veerkrachtig? “Cities with a diverse mix of industries, like Chicago and Hong Kong, find it easier to retool when times change, while those that do only one thing well – Pittsburgh with steel, Glasgow with shipping, and Detroit with those cars – risk being casualties of globalization.” Ik hoop dat investeerders binnen de ULI de boodschap van deze kadertekst wèl accepteren. Zo niet, dan zullen ze veel geld verliezen.

Tagged with:
 

Veerkracht

On 8 september 2010, in duurzaamheid, by Zef Hemel

Gelezen in Ode.nl van september 2010:

Veerkracht is een productiever begrip dan duurzaamheid. Dat schrijft Mark van Baal in het laatste nummer van Ode. Ik kreeg het van verschillende mensen op het werk aangereikt. Kennelijk een eyeopener. “Een veerkrachtig systeem heeft de capaciteit om verstoringen op te vangen en zichzelf te reorganiseren, terwijl het dezelfde functie, structuur en identiteit behoudt.” Het doet me denken aan De Tijgerkat (1958) van Tomasi di Lampedusa: “Als we willen dat alles blijft zoals het is, moet alles anders worden.” Hoe veert een systeem op nadat het een klap te verwerken heeft gekregen? Van Baal onderscheidt drie factoren: nodig zijn diversiteit, modulariteit en korte, lokale terugkoppelings-mechanismen. “Wanneer systemen zijn opgebouwd uit kleine, hanteerbare en uitwisselbare onderdelen ontstaat grotere flexibiliteit tegen het wegvallen van een van de onderdelen.” En: “Wanneer de gevolgen van je acties dichter bij huis zijn, kun je ze moeilijk negeren.”

Goede stadsontwikkeling? Die houdt inderdaad rekening met precies deze drie factoren: diversiteit, modulariteit en korte feedbackmechanismen. Grote afstand tussen burgers en bestuurders is dus fnuikend, transport over grote afstanden schadelijk, ontmengde milieus dodelijk, grote blokken rampzalig. Je ziet het overal om je heen. Sommige buurten veren weer op, andere worden gesloopt. Overal waar het woord ‘’crisis’’ valt, wordt gespot met de beginselen van veerkracht. Over deze beginselen, die lang niet altijd eenvoudig uit te leggen zijn, schreef Jane Jacobs in ‘’The Nature of Economies’’ (2000) vele behartigenswaardige woorden: “Species fail to adjust to changed circumstances and go extinct. A case can be made that development and co-development foster disorder by throwing new uncertainties into the pot. But within the confusion, redundancy, and unpredictability, the stupendous processes we’ve been discussing are operating: development and co-development through differentiation; expansion through diversification; continuation through self-refuelling; stabilization through self-correction – all brought into order through unpredictable self-organization.” Te abstract? Don Fabrizio zegt het zo: “Wij zijn niet blind, beste pater, we zijn slechts mensen. We leven in een werkelijkheid die in beweging is en waaraan wij ons proberen aan te passen zoals algen meebuigen met de stromingen in de zee.”

Tagged with: