Van idee tot politiek besluit

Interessant voor planologen: hoe kwam de Nederlandse regering in 1918 tot het besluit om de Zuiderzee af te sluiten en gedeeltelijk droog te maken? Zo’n besluit over een megaproject neem je niet op een achternamiddag. In ‘Het landschap, de mensen’ (2021) probeert historicus Van der Woud een antwoord op deze vraag te formuleren. Het begon met een idee, dat werd gelanceerd door de ingenieur Van Diggelen in 1843, dus 75 jaar voor het uiteindelijke besluit viel. Ruim twintig jaar later pas kwam de regering in beweging. Die stelde een staatscommissie in die de complexiteit overzag en “hoe meer informatie en meningen beschikbaar kwamen, des te trager de besluitvorming wordt.” Om er vaart in te brengen wordt in 1886 de Zuiderzeevereniging opgericht, een initiatief van het Friese Tweede Kamerlid Bouma. Die nam Cornelis Lely als onderzoeker in dienst. Van der Woud maakt een vergelijking met de Nederlandsche Heidemaatschappij die twee jaar later werd opgericht: ook die vereniging wilde de productiviteit van het Nederlandse landschap met wetenschappelijke methoden vergroten. Hij richt zijn vizier echter op de retoriek, niet op de getallen van Lely. Die retoriek wordt vanaf nu steeds beter. Later volgden honderden lezingen in het land van A.A. Beekman, autoriteit op het gebied van de Nederlandse waterstaat en “een voortreffelijke propagandist.” Dat hielp pas echt. Toch bleef de regering nog treuzelen. Het was het uitbreken van de Grote Oorlog waardoor alles anders werd.

Van der Woud telt het aantal publicaties dat na Van Diggelens idee over de Zuiderzeewerken waren verschenen. Die stroom was constant – gemiddeld vijf boeken of professionele artikelen per jaar -, maar groeide na 1911 toen Beekman begon te spreken: er was zelfs sprake van een verdubbeling. Tegenstemmen kon toen niet meer. Nee, het was niet de held Cornelis Lely en het was niet de watersnood van 1916 die de regering uiteindelijk aanzetten tot het zware besluit, het krachtenveld rond de besluitvorming was veel ingewikkelder. Er speelden emoties, het was oorlog en dan wordt alles vloeibaar. In plaats van de hoge graanprijzen op de wereldmarkt te noemen, het ministerschap van Lely of het gevaar van communisme, doet Van der Woud hier iets onverwacht. Eensgezindheid en nationaal gevoel werden in Den Haag begin 1918 sterk aangewakkerd door het gerucht dat de Amerikanen en Britten de Nederlandse handelsvloot wilden confisqueren. Dat nooit! “Maart 1918 was geen tijd voor kleine gebaren,” zo schrijft hij. Geld speelde ineens geen rol meer. Ook de waterwolf zouden de Nederlanders nu wel even temmen. Diezelfde maand nog viel het besluit om de Zuiderzeewerken aan te vatten. Mochten planologen nog in rationele, procedurele besluitvorming geloven, dan helpt Van der Woud ze uit de droom. Het leven zit anders in elkaar. Het gaat om retoriek, emoties, niet de getallen. En propagandist Beekman is de ware planoloog, niet onderzoeker Lely.


by

Tags:

Comments

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *