Zo is het toch?

Op de hoek van de Van Hallstraat 25 tweehoog in Amsterdam werd volksschrijver Gerard Reve geboren, vandaag precies honderd jaar geleden. Zijn boeken heb ik nog, althans de meeste. Op weg naar het einde en Nader tot U herlees ik wel eens, maar niet De Avonden want dat boek heeft me nooit echt geboeid. Wist ik veel dat hij uitgerekend mijn favoriete brievenboeken in Friesland heeft geschreven. Van 1964 tot 1971 woonde de schrijver in het gehucht Greonterp. Afgelopen najaar probeerde ik het kleine buurtschap onder Blauwhuis te voet te bereiken, maar ik stuitte op een ganzengedoogzone en mocht toen niet verder. Ik kwam uit de richting van Workum en ben via Oudega naar Akkrum gelopen. In de verte keek ik in leeg land. Greonterp, besefte ik, ligt echt aan het einde van de wereld. Kijk voor de aardigheid eens naar de drie mooie documentaires die Fryslân DOK in 2006 over Reve in Greonterp maakte en die onlangs opnieuw werden uitgezonden. De dichter Nico Verhoeven, vertelt vriendin Judith Boer daarin, kwam Reve in Amsterdam op straat tegen. Omdat Nico met een koffertje liep, vroeg Reve hem waar hij heen ging. Verhoeven vertelde hem daarop van zijn pas verworven huisje in Greonterp. “Nou”, antwoorde Reve, “dat zou ik ook wel willen.” Verhoeven zei dat hij wel iets wist. Duur was het niet. En zo verhuisde ook Reve.

Het tweede deel gaat over de periode waarin Reve Nader tot U schreef. In Greonterp dus. Vriendelijk beschrijft de schrijver daarin de aard van de Friezen, die hij afzet tegen de opdringerige Amsterdammers: “ze (de Friezen) hebben één ding, dat is een zegen, ze laten de mensen met rust.” Want: “ze hebben niet dat ordinaire platte gore gedrag van Amsterdammers, namelijk dat ze geen mens met rust kunnen laten.” Er volgt een mooi historisch fragment met de buurvrouwen Zijlstra en Brattinga die door Mies Bouwman in de buitenlucht worden geïnterviewd. Wat ze van hun beroemde dorpsgenoot vinden. De een vindt het ‘heel best’ en de ander ‘reusachtig’. Nee gesproken hebben ze hem niet, ze kennen hem van de televisie. Van een zogenoemde kloof tussen stad en platteland is nog geen sprake, maar je ziet wel een reuzekloof als je de televisiebeelden goed bekijkt. Via de publieke omroep lieten we ons in die tijd kennelijk nog verbinden. En Reve prees hij natuurlijk de Friezen. Nee dan Amsterdam. Daar ging het bergafwaarts. “In Amsterdam kun je eigenlijk zo langzamerhand niet meer leven, niet meer wonen. In geen enkele grote stad eigenlijk meer. Een herrie, een troep, tegen het lawaai wordt niets gedaan, tegen bromfietsen wordt niets gedaan, er worden in de gemeenteraad wel allerlei moties tegen straaljagers, tegen militaire vliegvelden aangenomen, maar tegen de knalpotten van de bromfietsen wordt niets gedaan want het kost hun jonge kiezers. Zo is het toch?” Dat kon heel Nederland destijds alleen maar beamen. Amsterdam? Afschuwelijk.


Posted

in

,

by

Tags:

Comments

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *