Gezien op 16 augustus 2011 in Dresden:
Terwijl het platteland van Oost-Duitsland ontvolkt raakt, groeien sommige Duitse steden, althans de grotere. Die steden zuigen het platteland als het ware leeg. Neem Dresden. De Saxische grensstad telt op dit moment 460.000 inwoners, groeit voorzichtig en is nu dus even groot als Den Haag. Bij het bombardement van februari 1945 kwamen 30.000 Dresdenaren om. Daarna begon de leegloop. Nu, twintig jaar na de ‘Wende’, is de stad nog steeds niet op zijn oude niveau. Ook staan er veel panden leeg, vooral in de periferie. Zelfs de grote woonhuizen op de hellingen van het Elbedal, in Loschwitz, staan er sjofel en dikwijls verlaten bij. Echter, bij zoveel schoonheid en kwaliteit zal het met Dresden wel goed komen, denk je dan. Ook de overstroming van de Elbe in 2002 – opnieuw een forse tegenslag voor de stad – heeft daaraan geen afbreuk gedaan. Het Albertinum is daarna mooier opgeknapt dan ooit; de werken van Caspar David Friedrich stralen je tegemoet en binnenkort prijken de beeldhouwwerken weer in het Zwinger, wanneer daar de restauratie is afgerond. Wat een investeringen in cultuur! De Bondsrepubliek maakt van Dresden niet minder dan een paradepaardje van de hereniging en weet daarbij de juiste snaar te raken: cultuur, cultuur en nog eens cultuur. En in haar kielzog toerisme natuurlijk.
Terwijl er van binnenuit dus massief wordt geïnvesteerd in cultuurhistorie, zoekt de verarmde stad voorzichtig naar contact met zijn omgeving. Nieuwe fietspaden langs de Elbe richting Meissen brengen fietstoeristen in de zomer van Hamburg via Dresden naar Praag. Tegenlijkertijd worden kunst en landschap in verband gebracht met elektronica en high tech industry. Men gokt op het oude industriële verleden van de streek en hoopt deze nieuw leven in te blazen (in Dresden werden de eerste sigaretten, de eerste tubes tandpasta, de erste thee- en koffiefilterzakjes en de eerste latex condooms geproduceerd). Zal het helpen? In ‘’Duitsland achter de schermen’ (2002) schreef Michèle de Waard: “Oost-Duitsland telt de helft minder jonge mensen dan vóór de eenwording. Vooral de best and the brightest trekken naar West-Duitsland of het buitenland om een baan te zoeken.” Verlieten kort na de ‘Wende’ ruim 800.000 Oost-Duitsers het land, sinds de eenwording in 1991 zijn nog eens een miljoen Ossies vertrokken. Inmiddels zijn we tien jaar verder. Het beeld lijkt, althans voor Dresden, iets gunstiger geworden. Sinds 2001 assembleert Volkswagen er zijn Phaeton. Er bleken 120.000 gegadigden voor de 5000 vacatures. Echter, afgelopen februari, tijdens de 65e herdenking van de geallieerde bombardementen in 1945, vonden in Dresden grootschalige rellen plaats tussen neo-Nazi’s en linksradicalen. Meer dan tachtig politie-agenten raakten daarbij gewond. Dresden leek opnieuw een oord waar je, buiten de historische binnenstad gerekend, beter niet kan komen.
Geef een reactie