Onze voettocht vanuit Beishan Cun voert naar boven. Na het dorp eerst de rijstvelden, dan de woekerende natuur. Begroeiing schiet hoog op. Een kapmes is noodzakelijk. Het oude pad dat we volgen leidt naar een boeddhistische tempel zes kilometer verderop. Maar als we boven arriveren staan we ineens op een brede, nieuwe autoweg met glimmende vangrails. Vrachtwagens stuiven ons luid brullend voorbij. We kijken uit over theeplantages tot in de verte. Als we het vervolg van ons pad zoeken, kunnen we het niet vinden. Via de weg komen we uit bij een groot bouwterrein. Het is er heet. Werkketen staan schots en scheef, reusachtige ronde betonnen kokers liggen te wachten om ergens te worden geplaatst, de complete helling is van bos en akkers ontdaan en daarna geëgaliseerd. We worden gefotografeerd. Overal staan vrachtwagens. Ook hier komt een nieuw stuwmeer. Geen schijn van kans dat we ons mooie pad ooit terug zullen vinden. We besluiten terug te wandelen via een andere route. Ergens moet nog een tweede pad te vinden zijn. Helemaal op het eind van de bouwplaats klimmen we naar beneden en stuiten op in beton gestorte geulen. Via de opstekende randen glijden we richting het dal, waar we tot onze opluchting de restanten aantreffen van verlaten akkers, door mooie hoge bomen omzoomd. Tot hier kwamen de bulldozers.
En daar is weer het pad. We vervolgen het, nu naar beneden. Al snel wordt het echter stenig: het bestaat hier uit grote platte steenbrokken die keurig gerangschikt ons door een chaotisch keienveld voeren dat vervaarlijk naar beneden wijst. Val niet! Iemand vermoedt dat hier ooit een groeve geweest is en dat dit veld van keien en stenen daarvan het afval vormt. Hoe oud ons pad precies is, weten we niet. Maar ook dit loopt onverwacht dood. We overleggen in de schaduw. Er zit niets anders op dan over de keien naar beneden te klauteren tot bij het beekje. Het snelstromende water blijkt dienst te doen als irrigatiekanaal richting de rijstvelden boven het dorp. We volgen het en laven ons aan het koude water. Langs haar oever bereiken we uiteindelijk weer onze thuisbasis. De tempel hebben we niet gezien, maar we hebben wel veel geleerd. Het stelsel van officiële wandelpaden op het platteland van Zhejiang kan ruw worden onderbroken door wat voorrang heeft: gigantische stuwmeren aanleggen voor waterretentie en elektriciteit uit waterkracht. De schaal van de werken is gigantisch, dat besef je pas als je loopt. En alles moet ervoor wijken: natuur, bouwland, wandelpaden, ook al zijn de laatste gemarkeerd.
Geef een reactie