Gelezen in ‘Het boze oog’ (1983) van Gerrit Komrij:
Gerrit Komrij (68) overleed afgelopen week. Vele stukjes schreef hij over Amsterdam. Van hem herinner ik me nog levendig de column in Vrij Nederland die later, in 1983, gepubliceerd werd in ‘Het boze oog’ en die een Vrij Nederland lezende student planologie te Groningen als ik destijds voor raadsels plaatste: “Decennia lang hebben de socialistische burgemeesters, wethouders, directeuren, raadsleden, bestuurders, ambtenaren hun héle visie in deze stad gelegd, met hart en ziel. Nadat ze hun visie, hun hart en ziel in de stad hadden gelegd, zag de stad er uit als na een bombardement.” Wat moest ik ervan denken? Groningen werd destijds geregeerd door jonge socialisten als Max van den Berg en Jacques Wallage. Met Groningen ging het helemaal niet slecht. Amsterdam leek me niet veel anders. Wat was daar in de hoofdstad aan de hand?
Komrij: “Het Amsterdam van nu is het resultaat van een totale visie. Het stadsbeeld vormt de exacte weergave van de hersens van de ambtenaren die het bepaalden: vol gaten, dead ends, koehandel en blinde muren. Vol ongerief en stilstand.” Waarop doelde Komrij precies? “Geen planning op de lange termijn? Ach kom. Hun planning bestaat niet alleen uit hun onwrikbare voornemen om de burgers te treiteren en te jennen, maar ook om dit tot hun laatste snik vol te houden. Hun planning is gericht op de langst mogelijke termijn. Een beleid van scherven en harken? Toe nou. Het is juist een stevig beleid. Het is een beleid van asfalt en sloophamers. Geen gevoel voor cultuur, omgeving, verantwoordelijkheid? Maak het een beetje. Jensden ze er, met hun stevige beleid en boordevol planning, soms niet de opera en het stadhuis, in één gebouw gecombineerd, triomfantelijk door? Zorgden ze niet voor een prachtige siamese tweeling van zang en wachttijden, van dans en stempelkussens?” Ach ja, natuurlijk, het was de omstreden bouw van de Stopera. Achteraf besef ik dat planologen sindsdien verdacht zijn. In Amsterdam.
Geef een reactie