Gelezen in ‘The Edifice Complex’ (2005) van Deyan Sudjic:
Vandaag is het 1 mei. Ik moet denken aan Josef Stalin. In mijn Moskouse hotelkamer stond een dressoir met op de voorkant het winnende ontwerp van B. Iofan voor het Paleis van de Sovjets uit 1933. Vanuit bed werd ik hierdoor geconfronteerd met het historische gegeven van de eerdere prijsvraag die me sinds de Russische uitnodiging om naar Moskou te komen niet meer had losgelaten. Was deze nieuwe competitie nu een vervolg op die van 1933? Ook de tien architectenteams die door de autoriteiten waren geselecteerd zullen, vermoed ik, aan deze roemruchte prijsvraag hebben teruggedacht toen zij besloten mee te dingen. Niemand minder dan Le Corbusier had zich destijds op het grote plan voor Moskou gestort. Stalin had de prijsvraag uitgeschreven. De stad aan de Moskva was sinds 1918 in inwonertal verdubbeld. Stalin wilde architectuur en stedenbouw gebruiken als propagandamiddel voor zijn totalitaire regime; buitenlandse architecten als Le Corbusier waren maar al te graag bereid zich hiervoor te lenen. Deyan Sudjic duidt deze onweerstaanbare architectonische collaboratie aan als ‘edifice complex’: als een hechte band tussen architect en machthebbers waardoor veelal monsterlijke ‘grand designs’ de geschiedenis van de architectuur zijn gaan teisteren. Het winnende plan voor Moskou uit 1935 was overigens van een Rus, Vladimir Semjonov – een soort art deco piramide met in top een reusachtig beeld van Lenin. Buitenlandse architecten zouden door Stalin uiteindelijk worden buitengesloten.
Het grondgebied van Moskou werd in 1933, net als nu, vergroot met 28.500 hectare. En net als deze keer lagen de in te lijven gronden aan de zuidwestkant van de stad. In datzelfde jaar 1933 werd ook begonnen met de aanleg van de metro; twee jaar later kwam de eerste lijn gereed. Stalin wilde dat de tegenstelling tussen het rijke centrum en de arme buitenwijken werd opgeheven. Overal door de stad zouden daartoe culturele en maatschappelijke gebouwen worden opgericht. In het centrum dacht hij zich het Paleis voor de Sovjets op de plek van de kerk van Christus de Verlosser, pal naast het Kremlin. Het zou door oorlogsomstandigheden nooit gereedkomen. Het profiel van de Tverskaya straat werd verbreed van 18 meter naar 60 meter en omgedoopt in Gorkistraat. De nieuwe straatwanden moesten refereren aan de kunstzinnige canons van de oudheid. Via deze monumentale straat zou men vanaf het Rode Plein in de richting van Leningrad opmarcheren. Aan de Tverskaya Ulitsja stond afgelopen week mijn hotel. Als ik door het raam keek zag ik de triomftochten van Josef Stalin door de straat aan me voorbijtrekken. Sudjic: “Stalin started looking inwards, and backwards, in the 1930s. The past was certainly where his literary tastes were – with Gorky and Pushkin, rather than with Russia’s twentieth-century avant-garde”, om zijn betoog te vervolgen met: “Huge buildings, triumphal axes, and the use of vast quantities of stone deployed in ways that were designed to intimidate pedestrians characterized all of the totalitarian regimes, Marxist, fascist, or nationalist.” En wat deden de architecten? “Rather than not build at all, they were ready to build what the State wanted.” Ook in 1933 was het crisis.
Geef een reactie