Niet kapot te krijgen

Gelezen in ‘De ziel van Duitse steden’ (2018) van Noud de Vreeze:

Afbeeldingsresultaat voor de ziel van duitse steden de vreeze

Burgemeester Konrad Adenauer van Keulen, de latere bondskanselier van West-Duitsland, gaf politieke steun aan een wederopbouwplan voor het zwaar gebombardeerde centrum van zijn eeuwenoude stad, dat neerkwam op het handhaven van het ruïnelandschap met de uitgebrande dom in het midden, waaromheen een nieuwe stedelijke structuur was geprojecteerd van autowegen, nieuwbouwwijken en winkelcentra. Een volgende generatie zou wel zien wat er met dat historische centrum moest gebeuren. (zie ook: https://www.youtube.com/watch?v=8cctK8Q6Wb4) Toen de Amerikanen een paar maanden later plaats maakten voor de Britten als bezettende macht, verdween Adenauers radicale wederopbouwplan van tafel. Het puin in het centrum van Keulen werd alsnog geruimd en een ingewikkeld herstelplan zag het licht. “Puinruimen en primaire voorzieningen treffen werd in alle Duitse steden gezien als eerste en belangrijkste taak van overheden, publieke en maatschappelijke organisaties en individuele burgers.” Zo werd de ziel van Keulen gered. Dat schrijft Noud de Vreeze in ‘De ziel van Duitse steden’, een recent verschenen boek over de vernietiging en wederopbouw van de Duitse steden tijdens en na de Tweede Wereldoorlog.

Aanvankelijk wilde De Vreeze een boek schrijven over de succesvolle wederopbouw van een tiental van de honderdvijftig verwoeste Duitse steden na het einde van de oorlog, maar hij begreep al snel dat hij dan ook de vooroorlogse situatie moest beschrijven, evenals de vernietigende bombardementen door de geallieerden. Er was geen ontkomen aan: er is een geschiedenis vóór de bombardementen en een daarná. Zo raakte De Vreeze in de ban van de megalomane projecten van de fascisten voor de steden in hun toekomstige Derde Rijk. Het leidde tot een vuistdik boek vol illustraties over een nauwelijks bekende geschiedenis van plannen voor een uitgestrekt stedenlandschap bij ons vlak over de grens. Let wel, de plannengeschiedenis die De Vreeze vertelt heeft overwegend betrekking op de West-Duitse steden, niet de Oost-Duitse achter het IJzeren Gordijn. Als zijn boek één ding duidelijk maakt, dan is het dit: “Steden, en de opvattingen over hun gewenste vorm, blijken duurzaam te zijn. Niet kapot te krijgen, zou je kunnen zeggen.” Ondanks de bombardementen is dit een geschiedenis van continuïteit. Die continuïteit blijkt overigens in niet geringe mate het gevolg van een grondpolitiek die de geallieerde bezetter introduceerde. Kleinschalig particulier eigendom van grond en gebouwen werd in naoorlogse wetgeving beschermd om zo een meer democratische gezindheid bij de Duitse bevolking op te wekken. Onteigening werd gewoon heel moeilijk gemaakt. Nooit meer grote projecten. Dit stimuleerde, aldus De Vreeze, een ‘bottom-up’ stedenbouw. Frustrerend voor de stedenbouwkundigen, die de bombardementen juist als een kans zagen. Ik ga de Duitse steden nog meer waarderen.


Posted

in

, ,

by

Tags:

Comments

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *