Gehoord in de Tolhuistuin op 19 oktober 2009:
‘Verbinding maken…’, zei mijn computer, waarna het enkele minuten duurde voordat ik op het internet zat. Zo voelde het deze maandagmiddag, op het afscheidssymposium van Klaas de Boer. "Van wie is de stad?’, luidde de titel van het congres, dat werd gemodereerd door Jaap Modder, bestuursvoorzitter van het Knooppunt Arnhem-Nijmegen. De eenentwintig sprekers in de Vrijstaat leken nog in een oude wereld te leven, toen de overheid het nog voor het zeggen had en bestuur en ambtenarij en projectontwikkelaars de hun bekende rollen speelden. Die wereld bestaat niet meer. Guido Wallagh, directeur bij INBO, vroeg naar meekoppelende belangen van de ruimtelijke ordening. De heren dachten dat dat de infrastructuur zou zijn. "Een schaalsprong in het regionale openbaar vervoer is nodig," zei de directeur van de Dienst Infrastructuur, Verkeer en Vervoer nog stoer en iedereen leek het met hem eens. Maar voor die schaalsprong is het veel te laat; ze is te duur en het duurt te lang. De ruimtelijke ordening heeft geen meekoppelende belangen meer, ze heeft geen machtsbasis meer anders dan een goed, urgent verhaal, ze moet luisteren en doen wat de mensen willen. Volgens Wienke Bodewes, directeur van Amvest, zijn de woningen in het Amsterdamse nauwelijks aan te slepen. Het werd niet gehoord. ‘Van wie is de stad?’ De woonconsument? Nee, want de ongebreidelde suburbanisatie waarvan Rob van Engelsdorp Gastelaars gloedvol sprak, alsof die onafwendbaar was en het volk vooral in Amersfoort in een doorzonwoning wilde wonen, – ook dat was uit de oude doos. Igor Roovers, projectdirecteur IJburg, wist beter: de wethouder van Almere speelde een te eenvoudig spelletje, op particulier opdrachtgeverschap in de weilanden die resulteerde in huizen met puntdaken, zat niemand te wachten. Nee, luisteren zoals er ‘s avonds in de Vrijstaat geluisterd wordt: machtsvrij, niet gehinderd door financiële problemen, maar vanuit een gedeeld inzicht, een gemeenschappelijke droom. Het is niet uit te leggen aan wie er niet aan deelneemt, die begrijpt het domweg niet. Dat maakt het allemaal ook zo tragisch.
Maar goed, humoristisch was het wel. Hoewel, Herman Vuijsje had het zwaar te verduren. Hij verdedigde een sterke publieke regie. Die kan hij wel vergeten. Niemand geloofde er nog in, ook niet na de financiële crisis. Arme Herman Vuijsje. Arme DRO. En de stadsdelen – volgens Vincent van Rossem te kwalificeren als ‘dorpspolitiek’ – zullen centrale diensten als de Dienst Ruimtelijke Ordening het werk gaan dicteren, daarover liet Duco Adema, stadsdeelvoorzitter van Zuideramstel, geen twijfel bestaan; Klaas de Boer mocht als directeur Zuidas voor stadsdeel Zuid heel hard zijn best gaan doen. Niks geen samenhang binnen de metropool. Gewoon je project doen voor het lokale bestuur.
Directeur Bureau Monumenten en Archeologie (BMA), Esther Agricola, begreep de kern van de nieuwe concept-structuurvisie. Als Amsterdam al zijn kaarten zette op de bestaande stad, dan moest cultuurhistorie prominent in die structuurvisie figureren. Waarom viel nergens dat ene, cruciale woord? Ze wilde niet opgenomen worden in de OntwikkelingsAlliantie, maar als BMA, ooit voortgekomen uit de DRO, wilde ze wel haar geluid duidelijk laten horen. Zeker nu. Cultuurhistorie als meekoppelend belang? Niemand reageerde.
Henk Ovink tenslotte, directeur Nationale Ruimtelijke Ordening van het Ministerie van VROM, mocht ons blij maken met de mededeling dat "wij, namens het kabinet, begin november zeker iets zullen zeggen over de schaalsprong Almere." Het klonk allemaal betekenisvol. Ach ja. Maar Klaas de Boer dacht dat IJburg tweede fase ook heel goed met de IJtram kon worden bediend. Een uitspraak van het kabinet over de IJmeerlijn, zoals Joost Schrijnen beweerde, was voor hem helemaal niet nodig. En Ovink zelf vond Eindhoven, Groningen en Apeldoorn ook heel belangrijk.
De wethouder zwaaide op het eind de DRO lof toe. Hij leek uitgelaten, vrolijk zelfs. Hij wist eindelijk hoe de wereld in elkaar zat. "Je moet de DRO volgen tot het einde van je termijn; wie op het eind eigenzinnig wordt, wordt niet herkozen." Heeft de DRO de macht? Zit de wereld werkelijk zo in elkaar? Klaas de Boer en ook waarnemend directeur Edith de Graaf oogden daarvoor veel te bescheiden. En Jaap Modder, moderator van het metropolitane symposium, liet het maar begaan. Iedereen genoot van de mooie middag, met al die bijzondere schepen op het IJ.
Geef een reactie