Wandelcollege

Met een groep internationale masterstudenten Architectuurgeschiedenis wandel ik twee uur door de Groningse binnenstad. Het college gaat over stad en gezondheid. Onwennig, lacherig zelfs, verlaten we de collegezaal. Van het Pieterpad, zo blijkt, hebben ze nog nooit gehoord. Na een kilometer laat ik ze raden hoeveel een Nederlander dagelijks gemiddeld wandelt. Ze schatten drie tot vier kilometer. Mis! Niet meer dan een halve kilometer. Is dat weinig? Zeker, het is absurd weinig en het is ook ongezond. Dat gaat ons later opbreken. Maar we fietsen toch? Een van hen wijst op een sticker op een lantaarnpaal van een feest: Club Voltaire. Dat was op 11 oktober. Helemaal uitverkocht. De sticker van het Pieterpad interesseert hem niet. Wandelen gaat ze veel te traag. Gaan ze wel eens naar het platteland? Nee nooit. Ik durf al niet te beginnen over het Nationaal Masterplan Lopen (2024) dat ‘de rode loper’ wil uitrollen voor de voetganger. Zeker, er zijn de laatste jaren ‘flinke stappen gezet’ op het gebied van lopen, maar onder studenten leeft het totaal niet.

De route van het Pieterpad door Groningen voert door het groen: ten noorden van het station via Folkingestraat en Hoge der A naar het Noorderplantsoen. Nog noordelijker buigt hij naar Park Selwerd, om vandaaruit via de oevers van het Van Starkenborghkanaal naar Wierum en Garnwerd te bewegen. Geen Grote Markt, geen Vismarkt, de binnenstad wordt vermeden. Dit pad gaat niet over toerisme met zijn ‘tourist gaze’, dit gaat over gezondheid. Groen is gezond, zeg ik, en ik vraag de studenten waarom dat zo is. Ze hebben geen idee. Ik verklap het: minder prikkels, minder stress. Ze vinden het verwarrend. In een vorig college hadden ze toch geleerd dat grote steden gezonder zijn dan dorpen of het platteland? Juist veel prikkels! Na lang doorvragen begint het ze eindelijk te dagen. In grote steden worden mensen gedwongen te lopen, in kleine steden of dorpen gebeurt dat niet, daar rijdt iedereen rond in auto’s; overal asfalt; wonen, werken en voorzieningen zijn er uit elkaar geslagen. Gedwongen lopen bestaat daar niet, alleen vrijetijdswandelen indien de omgeving mooi en afwisselend is. Zo’n wandelprofessor in Groningen is eigenlijk een gekke figuur. Zo’n figuur zou logischer zijn in metropolen, die verwacht je niet op het Groningse en Friese platteland.


Posted

in

,

by

Tags:

Comments

One response to “Wandelcollege”

  1. Adrie Avatar
    Adrie

    Over stad, leefomgeving, wandelen en gezondheid

    Japan is een voorbeeld waar de leefomgeving waarschijnlijk veel goeds doet, denkt Mierau (*); hij is net terug van een werkbezoek aan dat land. De inkomensongelijkheid in Japan is vergelijkbaar met die in Nederland, terwijl het merendeel van de Japanners verrassend genoeg in ongeveer dezelfde gezondheid leeft, concludeerden Rotterdamse en Japanse onderzoekers twee jaar geleden. ‘We weten niet waardoor dat komt’, zegt Mierau, ‘maar veel mensen gaan er met het openbaar vervoer. Als je de hele tijd door die metrostations heen aan het lopen bent, maak je vanzelf al 15- tot 20 duizend stappen per dag. En onderweg vind je overal gezond en goedkoop eten (**). Ik heb de indruk dat dat een verklaring is.’
    (Passage uit artikel ‘Ziek van de armoede’ – Volkskrant 2 nov 2024)

    (*) Prof. Jochen Mierau, Hoogleraar Economie van de Volksgezondheid, RU Groningen
    (**) Okinawa (eiland onder Japan) is een zgn. ‘Blue Zone’, een gebied waar veel mensen gezond oud worden. (https://www.nationalgeographic.nl/cultuur-samenleving/a45186273/blue-zones)
    Het Japanse dieet en eetregels dragen vermoedelijk bij aan een gezonde levensstijl en een lang leven. Maar elk voordeel heeft ook weer zijn nadeel: dubbele vergrijzing. ‘De toekomst van de ouderenzorg: Japan als voorland van Nederland?’ (https://www.zorgsaamwonen.nl/artikel/de-toekomst-van-de-ouderenzorg-japan-als-voorland-van-nederland)

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *