Taxi Driver (1976) van Martin Scorsese zag ik pas afgelopen week voor het eerst. In 1976 studeerde ik en was ik kennelijk te druk met andere dingen. Het is een fantastische film. Misschien is het zien van de jonge Robert DeNiro anno 2021 nog wel leuker dan vijfenveertig jaar geleden. Hoofdpersoon is overigens New York. Die stad is volledig uitgewoond, failliet verklaard en kun je feitelijk opvegen. Travis Bickle is een anti-held; hij is juist teruggekeerd van het front in Vietnam en kan niet slapen. Hij zoekt een baantje als taxichauffeur. Eerst denk je nog dat hij de held is, maar dat is hij dus niet. Hij is volkomen getraumatiseerd geraakt in een volkomen zinloze oorlog. Naar wat hij als marinier in Vietnam precies heeft meegemaakt moeten we overigens gissen, maar hij projecteert het op New York. New York is voor hem de jungle. Nachtenlang rijdt hij door de metropool en zelfs daarna kan hij de slaap niet vatten. Hij blijkt er niet meer tegen te kunnen, tegen het vuil, de mensen, de drugs, de prostitutie. Er is een politicus die op straat campagne voert, maar zijn beloftes en slogans lijken volkomen hol en ongeloofwaardig. (Deze Palantine en zijn staf lijken eerder weggelopen uit een dwaas programma van Wim T. Schippers). Eerst prijst hij Palantine als deze toevallig in zijn auto stapt, maar even later besluit hij hem dood te schieten. Beveiligers krijgen hem echter in de gaten. Daarop zoekt hij een andere prooi. Hij wil iets doen. Iets concreets. Een pooier en zijn handlangers.
Travis, de ex-soldaat, wil beginnen met het schoonmaken van New York. Hij wil de held van de film zijn, niet de stad. De stad is ziek. Zijn New York ziet hij als een wetteloze jungle, vol onrecht dat hij niet kan verdragen. Wat een schitterend thema en wat geweldig uitgewerkt in verrukkellijke nachtelijke beelden, ondersteund door fantastische muziek. New York als één groot Red Light District, vergeven van de prostitutie, drugs en criminaliteit. Zoals bekend is dit New York tevens de geboortegrond van Donald Trump, die met zijn vastgoedinvesteringen destijds even concreet wilde bijdragen aan het schoonmaken van de Big Apple. Trump moet in 1976 even oud zijn geweest als Travis Bickle. Van die hele haveloze toestand is vijfenveertig jaar later trouwens niets meer over. New York is aangeharkt, behoort zelfs tot de duurste steden op aarde. Maar niet dankzij Travis Bickle of door toedoen van Donald Trump en ook niet door straf optreden van zijn vriend burgemeester Giuliani (!). Dat moet Martin Scorsese goed hebben begrepen. Ga er niet aan beginnen. Laat het Red Light District voor wat het is. Het verdwijnt vanzelf. Kijk op Netflix naar de gesprekken die hij voert met Fran Lebowitz in ‘Pretend it’s a City’. Stuk voor stuk zijn ze een ode aan New York, aan de stad die zichzelf telkens opnieuw uitvindt. De metropool is de ware held.
Geef een reactie