Gelezen in Leven en Dood van Andy Warhol van Victor Bockris (1989):
Als Andy Warhol in 1987 op zevenenvijftig jarige leeftijd overlijdt aan een galblaasoperatie, rouwt kunstminnend New York. Eigenlijk was hij toen nog maar net breed geaccepteerd en erkend als een groot kunstenaar. De New Yorkers zaten hem misschien te dicht op de huid om zijn waarde en betekenis op tijd te kunnen schatten. Dat gebeurde eerder in Europa, dat meer afstand had, maar ook minder te lijden had van de felle concurrentie die in die tijd in New York heerste. Want, mijn god, wat was daar een hoop talent verzameld!
En ineens voel je het gemis, als iemand er niet meer is. Vooral het uitgaansleven van New York leed met het overlijden van Warhol een gevoelig verlies. Elke avond ging Andy uit. Elke avond. Hij beschouwde dit als een deel van zijn werk. Echter, hij dronk niet, hij spoot niet, hij snuifde niet, hij bedreef geen sex. Totaal nuchter ging hij van het ene feest naar het andere, van de ene discotheek naar de andere. Overal waar hij kwam gebeurde iets. Mooi is de uitspraak van de New Yorkse kunstenaar Peter Halley die hierover kort na zijn dood opmerkte: "Iemand heeft eens gezegd dat het New Yorkse uitgaansleven zo saai was voordat die Warhol-mensen in smokings naar cocktailparty’s kwamen. Dat heeft hij in z’n eentje totaal veranderd. Ik maak me bijna zorgen over de New Yorkse economie, nu Warhol er niet meer is. Wie zal nog hierheen willen komen?"
Over wat voor economie hebben we het hier? Kan iemand een groter compliment krijgen? Kan een stad een groter verlies lijden?
Geef een reactie