Beste idee van Amsterdam

Gehoord in Spui25 te Amsterdam op 25 november 2013:

Las gisteren op de website van het Center for Urban Studies van de Universiteit van Amsterdam een blog van de Belgische hoogleraar Eric Swyngedouw over Amsterdam. Swyngedouw vindt Amsterdam maar saai en duf geworden. Ik herkende me er totaal niet in. Uitgerekend diezelfde maandagavond organiseerden studenten van de UvA in Spui25 een bijeenkomst over ‘Het beste idee van Amsterdam’. Het waren alle ideeën die Amsterdam mooier, beter en leuker maken: de Ton Ton Club op de Wallen, de buurtcamping in Oost, het pilot-podium op het Waterlandplein in Noord en buurtruilmiddel Makkies in de Indische Buurt in Oost. Zomaar wat ideeën. Of nee, het betrof hele concrete buurtinitiatieven die ook daadwerkelijk zijn uitgevoerd. Elk kreeg tien minuten om zich voor te stellen. Welk idee ontroerde de zaal het meest? Welk buurtinitiatief stemde ons het vrolijkst? Tot een echte uitverkiezing kwam het niet. Wel ontstond een mooi gesprek tussen de zaal en de sprekers, de studenten en de zaal en de zaal en de commentator. De verrassende vragen waren heel divers, vaak praktisch, zakelijk, maar soms ook persoonlijk van aard. Nee, het was een hele bijzondere avond.

Opvallend in alle gepresenteerde ideeën was de mengeling van zakelijkheid en onschuldig idealisme. Weliswaar was steeds sprake van ondernemerschap, maar het commerciële leek allerminst voorop te staan: de initiatiefnemers deden telkens iets terug voor de buurt. Veel ideeën waren creatief, grensden aan kunst, er sprak speelsheid uit, humor ook, en een professionele achtergrond viel nergens meer te bespeuren. Sterker, de ideeën en de uitwerking ervan bleken juist samen met buurtbewoners ‘van onderop’ ontwikkeld en de lokale overheid was steeds ergens op de achtergrond, als steun in de rug, aanwezig. Alles was tijdelijk, experimenteel, sociaal en op samenwerking gericht. Vandaar ook de ontroering in de zaal. Het was zelfs zo mooi dat de ouderen in het publiek de gepresenteerde ideeën, vertelden ze, herinnerden aan de ‘seventies’, aan de unieke provo-tijd, toen in Amsterdam alles kon en niets te dol was. Toen Erik Swyngedouw nog jong was en in Amsterdam studeerde.


Posted

in

,

by

Comments

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *