Gelezen in ‘What is the Future?’ (2016) van John Urry:
De vier toekomstscenario’s die de Britse socioloog John Urry voor steden ontwikkelde, liegen er niet om. Eerder al blogde ik over zijn vier klimaatscenario’s. Daar werd ik, schreef ik toen, niet vrolijk van. Ten aanzien van de toekomst van de stad is hij in ‘What is the Future?’ (2016) zo mogelijk nog somberder. Bij steden nam hij de auto als uitgangspunt. Volgens Urry hebben auto’s de huidige stedelijke ontwikkeling in hoge mate bepaald. Ze hebben vrijwel alle andere vormen van transport verdrongen. Neem de suburbanisatie, het parkeren op straat en het eindeloze woon-werkverkeer. Bedenk ook hoe voetgangers in onze steden worden behandeld: ze moeten eindeloos wachten voor verkeerslichten bij het oversteken. Onze steden bestaan uit olie, niet uit beton en stenen, is de stelling van Urry. Als het om de toekomst gaat vraagt hij zich dan ook af of er een nieuw mobiliteitssysteem denkbaar is dat de auto zoals we die nu kennen zal vervangen. Dat er scheurtjes in het bestaande systeem zitten maakt hij aannemelijk. Zo komt hij tot zijn vier scenario’s: Fast-mobility city, Digital city, Liveable city en Fortress city.
Bij Fast-mobility city worden oplossingen gevonden voor het energievraagstuk van auto’s waardoor mensen grotere afstanden zullen kunnen afleggen tegen lagere kosten en met minder milieuschade. Zelfsturende auto’s op waterstof zullen mensen in staat stellen ‘mobiliteit’ te zien als kernkwaliteit van hun leven. Bestaande steden worden hierdoor verticaal, gericht op ontmoeting; de meeste mensen echter zijn voortdurend onderweg. Bij Digital city wordt fysieke mobiliteit zoveel mogelijk vervangen door digitale contacten en ervaringen. Fysieke ontmoetingen worden duur, waardoor steden minder belangrijk gevonden zullen worden. Urry verwacht in dit scenario een vorm van ‘counter-urbanisation’: mensen zullen wegtrekken uit de stad. Dan is er de Liveable city, waarbij NGO’s en activisten de stad klimaatneutraal weten te maken door deelsystemen te introduceren, voor fietsers en voetgangers ruimte te maken, de dichtheid te verhogen en buurten zelfvoorzienend te maken. Dit is het scenario van de grote, dichte en compacte steden, maar Urry verwacht niet dat dit scenario zich zal voltrekken. Het veronderstelt een omkering in alle bestaande systemen. Het laatste scenario – Fortress city – gaat uit van de vorming van enclaves waarbinnen de rijken zich zullen verschansen; daarbuiten ontstaan onveilige ‘wilde zones’ die te kampen zullen krijgen met slechte infrastructuur, energieschaarste en met water- en voedseltekorten. Dit laatste scenario acht Urry het meest plausibel.
Geef een reactie