Gelezen in ‘Invisible’ (2009) van Paul Auster:
Afgelopen dinsdag organiseerde de Universiteit van Amsterdam en de Hogeschool Amsterdam een bijeenkomst in het Kohnstamhuis aan de Wibautstraat. Het ging over het Weesperplein. Er waren zo’n vijftig genodigden aanwezig. Ze luisterden naar liefst vier sprekers. Yoeri Albrecht zat het voor. Het doel van de bijeenkomst was kennelijk om aan de vooravond van de gemeenteraadsverkiezingen de publieke partijen in de stad – twee stadsdelen en de Centrale Stad – te bewegen de herinrichting van het gebied tussen de twee campussen – Roeterseiland en Amstelcampus – op de agenda te zetten en zo publiek geld te genereren voor plannen en openbare ruimte. Vandaar de keuze van het Weesperplein.
Een van de sprekers was Ton Schaap, stedenbouwkundige bij de DRO en supervisor van het Wibautstraatgebied. Hij toonde schitterende voorbeelden in het buitenland van het fenomeen ‘urban campus’ – Columbia in New York, Trinity in Dublin, Oxford in Oxford -, waarbij hij niet naliet erop te wijzen dat de universiteiten zelf veel geld en trots hadden gestoken in hun aanwezigheid in de stad. Vervolgens nam hij ons mee op een zondagse wandeling door het gebied in Amsterdam. In een verstilde, winterse stad liepen we van Roeterseiland naar de Amstelcampus en weer terug. Als een Michael Sorkin plaatste hij zijn commentaar bij alles wat hij onderweg tegenkwam. Het was een genot om te horen en te zien. Maar het was ook ontnuchterend. En natuurlijk was er sprake van een flinke dosis retoriek. Want na de zonnige beelden van New York, Oxford en Dublin, met veel mensen buiten op straat, waren de glibberige witte straten op een stille zondagmorgen in Amsterdam geen vergelijk. Ik dacht, nou, nou, Columbia University is ook niet alles. Thuis lees ik nog eens in de nieuwste roman van Paul Auster. Hoofdpersoon Adam Walker komt in New York bij toeval de Zwitser Born tegen. Die blijkt les te geven aan Columbia University. "Such a dreary place". En even verderop wordt Columbia – "that dismal university" – zelfs aangeduid als "the dreary fortress on the heights." Dan gaat het over de vaststelling van Born, sprekend tegen zijn vriendin, dat beiden aan dezelfde universiteit verbonden blijken te zijn: de een als gastdocent, de ander als student, "which means he’s probably our neighbor." Niet direct een universiteit die zich aan de lezer als publieke ontmoetingsruimte in de stad opdringt.
Toegegeven, het boek speelt in 1967. Sindsdien kan er in New York veel zijn verbeterd.
Geef een reactie