Bay Area hippiedom

Gelezen in ‘De academische boekengids’ van juli 2012:

Onder de titel ‘California dreamin’’ verscheen van de hand van Frans van Lunteren, hoogleraar geschiedenis van de natuurwetenschappen aan de Vrije Universiteit, onlangs een recensie van het nieuwste boek van historicus David Kaiser. Dat boek, getiteld ‘How the Hippies saved Physics’, gaat over creatieve wetenschappelijke experimenten in het San Francisco van de periode 1965 tot 1975. Kaiser schreef een boek over ‘gemarginaliseerde hippies’ als Fritjof Capra en Gary Zukav die studeerden op en rond Berkeley. Ze waren veelal werkloos en behoorden tot de Fundamental Fysiks Group. De eerste is vooral bekend van ‘The Tao of Physics’ (1975) en van de ander verscheen ‘The Dancing Wu Li Masters (1979). Vooral het eerste boek werd een bestseller, met een oplage van vele miljoenen was het een van de best verkochte boeken van de twintigste eeuw. Terwijl de rest van de fysici zich uitsluitend richtte op controleerbare voorspellingen onder het motto ‘shut up and calculate’, deelden de leden van de Fundamental Physiks Group een fascinatie voor de grondslag van de quantummechanica uit de jaren ‘20, parapsychologische experimenten, oosterse mystiek en psychedelische drugs. Capra, aldus Van Lunteren, zag in de lessen van de quantummechanica een opmerkelijke bevestiging van oosterse religies en mystici. De quantumhippies ontvouwden een nieuw onderzoeksveld dat spoedig gefinancierd zou worden door het Amerikaanse leger en door ondernemers met een fascinatie voor ongewone wetenschap. Hun vernieuwingen hebben verstrekkende gevolgen gehad voor de natuurkunde en de wetenschapsgeschiedenis.

Kennelijk heeft de unieke tegencultuur van de San Francisco Bay Area in de jaren zestig en zeventig tot een enorme vruchtbare vernieuwing geleid, ook al speelde deze zich af in de maatschappelijke marge. Van Lunteren spreekt van ‘plaats- en tijdgebonden omstandigheden’ die in die vernieuwing een ‘vitale rol’ zouden hebben gespeeld. De voorbeelden die hij noemt staan niet op zichzelf. “In diezelfde jaren zeventig bracht het Bay-Area-hippiedom ook nog tal van andere vernieuwers voort. Denk bijvoorbeeld aan de college-drop-out en Hare Krishna-adept Steve Jobs.” Daaruit trekt de hoogleraar wetenschapsgeschiedenis de conclusie dat innovatie doorgaans uit onverwachte hoek komt. Op zichzelf is dat correct. Maar belangrijker is, ze ontspringt telkens weer aan steden. En altijd zijn het steden waar het broeit en gist. Zelden betreft het keurige gereguleerde steden waar alle bèta’s netjes een zeven halen onder het motto ‘shut up and calculate’. Met technologie alleen ben je er nog niet.


Posted

in

,

by

Comments

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *