Gelezen in NRC Handelblad weekblad van 16-23 oktober 2010:
De Chinese kunstenaar Ai Wei Wei is een moedige vrijheidsstrijder. In NRC Weekblad komt hij uitgebreid aan het woord. De aanleiding is zijn kunstwerk in de Tate Modern, waar hij de enorme turbinehalvloer met beschilderde zonnepitten bezaaide, een kunstwerk dat al na twee dagen weer gesloten werd vanwege gevaar voor de volksgezondheid. Maar over het bijzondere kunstwerk gaat het in het interview niet. Het gaat over het Chinese regime en de toekenning van de Nobelprijs voor de Vrede aan landgenoot Liu Xiaobo. Ai Wei Wei heeft van jongsaf het politieke geweld aan den lijve ondervonden. Hij spreekt van uitbuiting van het Chinese volk. Hij vindt het schandelijk dat de Chinese regering zoveel geld uitgaf aan een Wereldexpo in Shanghai. Hij noemt Shanghai zelfs ‘schaamteloos’. “Shanghai is altijd al een schaamteloze geldhoer geweest. Dat was in de koloniale tijd al zo en dat zien we nu opnieuw met die expo, een vertoning, en wat een ideeënarmoede. De hele expo is een manier om nog meer buitenlandse investeringen en technologieën naar China te halen.” Om te benadrukken dat China jaarlijks 40 miljard euro uitgeeft aan het bespioneren en censureren van het volk, plaatste Wei Wei tijdens de Wereldexpo een camera, verbonden met het internet. De camera stond in Kopenhagen, op de plaats waar de Kleine Zeemeermin had gestaan. Die laatste was door de Deense regering tijdelijk naar Shanghai afgevoerd om daar tijdens de expo te tonen. De Denen waren er niet zo blij mee, met die camera. Over ironie gesproken.
Vandaag las ik in de Volkskrant dat de Nederlandse kunstenaar John Körmeling de Dutch Design Award krijgt voor zijn paviljoen op de Wereldexpo in Shanghai. ‘Happy Street’ bestond uit één lange straat met nep-huisjes waar Nederlandse koopwaar stond uitgestald. De jury noemt het kunstwerk “gedurfd en ironisch”.
Geef een reactie