Gelezen in ‘Better Together’ (2003) van Robert Putnam en Lewis Feldstein:
Sociaal kapitaal. Dat begrip hanteren de Amerikaanse sociologen Putnam en Feldstein in hun zoektocht naar nieuwe gemeenschappen in Amerikaanse steden. Het begrip staat voor de verbetering van de levens van mensen in de steden door samenwerking en actieve participatie. In ‘Better Together’ beschrijven de auteurs nieuw sociaal kapitaal in liefst twaalf steden. Een van die steden is Portland, Oregon. Ik raadpleegde het boek, niet alleen omdat sociaal kapitaal op zichzelf mij interesseert, maar ook om op de vraag of het benutten van sociaal kapitaal ook leidt tot betere plannen een antwoord te krijgen. Beter in de zin van: duurzamer, de ecologische voetafdruk verkleinend. In de huidige crisis, met zijn zoektocht naar nieuwe vormen van gebiedsontwikkeling, zou dat goed van pas komen. Sterker, wat minder nadruk op grondprijzen, erfpacht, vastgoed en woningproductie lijkt mij bitter noodzakelijk. Zelfs spontanestadremedies zouden wel eens minder effectief kunnen blijken dan het werken met sociaal kapitaal. Portland dus, ooit een geliefde bestemming van dure Nederlandse planologische excursies gericht op light railsystemen en duurzaamheid. Werkt het?
Een van de bronnen van Putnam en Feldstein is een studie van Steven Johnson naar de planning van Johnson Creek. Die rivier stroomt door Portland voordat hij uitmondt in de Willamete River. In meer dan vijftig jaar werden niet minder dan zesenveertig rapporten geschreven en plannen gemaakt om het verstedelijkte stroomdal van de Johnson Creek – groot 45 vierkante mijl – schoon te krijgen en te temmen. Want de rivier zorgde voor veel overlast, er waren veel overstromingen. De plankosten groeiden tot astronomische bedragen; het tijdverlies was dramatisch. De uiteindelijk voorgestelde oplossing kostte ook nog eens tien miljoen dollar; alleen voor de rijke buurten bleek te zijn gezorgd. Bewoners waren het op een gegeven moment helemaal zat. Gedwongen door hun protesten verzette de overheid uiteindelijk de bakens. Bewoners en ondernemers werden nu actief gemobiliseerd. Ook benaderde de gemeente niet minder dan 175 nonprofit organisaties met het verzoek om hulp. Het werd een groot succes. Meer dan 6.000 van de 175.000 duizend inwoners besloten actief te participeren. “Urban watershed management is as much about mastering the art of civic participation as it is about the science of ecosystem management.” Denk nu niet dat die participatie alleen bedoeld was om draagvlak te verwerven. De inhoud van de plannen veranderde; ze werd duurzamer, rechtvaardiger en ook nog goedkoper. “The organizing principle changed from flood control to resource preservation.” Ja dus, het werkt.
Geef een reactie