Gehoord in het Paleis op de Dam op 3 juni 2014:
De lezing van de Amerikaanse econoom Ed Glaeser in het Paleis op de Dam, afgelopen week, bood de genodigden precies waarvoor ze gekomen waren: een flitsende, razendsnelle en meeslepende voordracht over ‘Triumph of the City’, nu vergezeld van diagrammen die in het vuisdikke boek helaas ontbreken. De snelheid waarmee de statistieken de revue passeerden was echter niet bij te benen – wat Glaeser deed was echt Harvard-style. Velen haakten dan ook af. Maar de kern bleef overeind, die was gewoon briljant en kraakhelder: stedelijke dichtheid is bepalend voor kennis, duurzaamheid, voorspoed, innovatie. Hoe dichter de pakking en hoe meer congestie, hoe beter. Zelfs het aandeel zelfmoorden daalt als de stedelijke dichtheid toeneemt. Die dichtheid kan, kortom, niet hoog genoeg zijn. Jane Jacobs moest het in zijn lezing ontgelden, ze had althans dit aspect niet goed begrepen. Daarna moest hij weg, naar Londen.
Na het diner sprak Juan Clos, de voorzitter van UN-Habitat. Zijn lezing bood opnieuw een mondiaal perspectief, Clos was beter te volgen omdat hij rustiger sprak. Maar zijn kernboodschap week niet af van die van Glaeser. Dichtheid is belangrijk; 3% van het aardoppervlak is nu stedelijk; 12% is vruchtbaar; een verdubbeling van het stedelijk gebied zou neerkomen op 6%: dat zou betekenen dat wij onszelf niet meer kunnen voeden. Eerder, tijdens het diner, had ik met Clos aan tafel gezeten. Wat hij daar had opgemerkt, verwoordde hij helaas niet meer plenair. De gemiddelde stedelijke dichtheid in de wereld, zei hij toen, is weer dalende. Dat is alarmerend nieuws. Hem gevraagd naar de reden voor deze recente daling, sprak hij over het zwembad als nieuw stedelijk fenomeen. Overal op de wereld (en vooral langs de evenaar) willen mensen tegenwoordig een zwembad in hun tuin of tenminste binnen de ‘gated community’ waar ze wonen. Door de snelle opmars van het zwembad daalt de gemiddelde stedelijke dichtheid mondiaal. Het zwembad zelf is al niet duurzaam, maar de ruimtelijke impact ervan blijkt catastrofaal. En hierdoor worden we dus ook minder innovatief, minder duurzaam, minder welvarend. Het gegeven stemde Clos weinig optimistisch. Ik vrees dat hij gelijk heeft.
Geef een reactie