Gelezen in ‘The New Geography of Jobs’ (2012) van Enrico Moretti:
Deze week weer begonnen aan een nieuwe serie colleges over ‘Global City-Regions’ aan de Universiteit van Amsterdam. Het is zoals Enrico Moretti in 2012 al schreef: globalisering als gevolg van technologische innovaties aan de ene kant en localisering aan de andere kant lijken twee zijden van dezelfde munt. In ‘The New Geography of Jobs’ beschreef deze hoogleraar economie aan de University of California Berkeley hoe stedelijke regio’s als gevolg van globalisering steeds meer uiteenvallen in succesvolle en falende economieën. Je kunt het ook anders zeggen. Hoe verder de globalisering voortschrijdt, hoe meer succes afhangt van het lokale. “More than ever, local communities are the secret of economic success.” Urbanisatie en globalisering, ze horen bij elkaar. Dat is niet minder dan een paradox. Onderwijs en onderzoek zijn daarin cruciaal. Maar, zo laat Moretti zien, een universiteit in jouw stad vestigen is zeker niet genoeg. En een ‘coole’ stad maken met veel restaurants en uitgaansgelegenheden helpt evenmin. Berlijn is hip, maar blijkt geen banenmotor, integendeel. Seattle was nooit hip, maar werd uiteindelijk een economisch trekpaard van jewelste. Waarmee Moretti maar wil zeggen: op wat Richard Florida beweert – zet in op wat een creatieve klasse aantrekt – valt veel af te dingen.
Pas wanneer een veelzijdig cluster zich heeft gevormd in een ‘dikke’ arbeidsmarkt, begint een universiteit of onderzoekscentrum werkelijk bij te dragen. Cornell en Yale domineren de rankings van beste universiteiten ter wereld, maar voor de economieën van New Haven en Ithaka betekenen zij vrijwel niets. Pas in echte grote handelssteden gevestigd, kunnen universiteiten iets toevoegen aan innovatie en de regionale arbeidsmarkt. Universiteit Twente, met andere woorden, helpt Hengelo en Enschede niet echt vooruit. Ook Washington University in St Louis is weliswaar een erg goede universiteit, maar desondanks krimpt de stad. De University of Washington in Seattle daarentegen is minder goed, maar draagt wel sterk bij aan de vernieuwende economie van deze groeiende stad aan de westkust van Amerika. Trouwens, in New York hebben de meeste hoogopgeleiden niet in de eigen stad gestudeerd, maar komen van elders. Moretti relativeert zelfs het belang van Stanford voor Silicon Valley. Regionale fondsen en industriepolitiek, ze werken niet. Dus wat helpt wel? Door mensen in achtergebleven buurten van de grote steden scholing en goed onderwijs te bieden begint er iets te stromen. Salarissen gaan omhoog, welstand wordt gecreëerd, buurten raken gerevitaliseerd, gentrificatie maakt de zittende bewoners rijk. Het beweegt van onderop en het vraagt om kritische massa. De overheid kan dus wel degelijk iets doen. There’s no free lunch. Maar veel wat de overheid doet blijkt tevergeefs.
Geef een reactie