Gelezen op Citylab.com van 16 januari 2018:
Bron: Raj Chetty
Onder de kop ‘Great Cities Enable You to Live Longer’ verscheen afgelopen week een opvallend artikel van de hand van Joe Cortright op Citylab.com over de voordelen van grote, dichtbebouwde, immigrantvriendelijke steden met veel rijke en hoogopgeleiden inwoners voor de arme bevolking. Arme mensen blijken gezonder en leven langer in grote steden dan in kleine steden of op het platteland. Deze opvallende uitkomsten baseerde Cortright op onderzoek van de econoom Raj Chetty en collega’s van Stanford University, San Francisco. In hun Equality of Opportunity Project vonden zij opvallende correlaties tussen een aantal variabelen en de gemiddelde levensverwachting van mensen. Cortright: “Poor people tend to live longer in places with more immigrants, more expensive housing, higher local government spending, more density, and a better educated population.” Grote steden hebben doorgaans een hogere dichtheid en trekken meer immigranten aan, wonen is er over het algemeen duurder en er leven gemiddeld meer hoogopgeleiden. Juist daar leven arme mensen gemiddeld langer. Let wel, een oorzakelijk verband hebben de onderzoekers niet gevonden, het gaat slechts om correlaties. Echter, de positieve correlaties die ze vonden zijn zo sterk dat iets van een oorzakelijk verband nauwelijks valt uit te sluiten.
Dat metropolen gemiddeld gezonder zijn dan kleine steden of het platteland is al lang bekend. De inwoners van hele grote steden lopen meer, rijden minder auto, hebben een gezondere leefstijl en profiteren ook meer van onderwijs- en ziekenhuisvoorzieningen. Doordat er zoveel mensen dicht op elkaar wonen, zijn er aan metropolen weliswaar grote gezondheidsrisico’s verbonden, schreef Edward Glaeser in ‘Triumph of the City’ (2011). Maar uitgerekend in de allergrootste steden is de gemiddelde levensverwachting negen maanden hoger dan in kleine steden. Dat komt, aldus Glaeser, door de veel hogere overheidsuitgaven en grote inspanningen van stadsbesturen om in de leefsituatie van stedelingen verbetering te brengen. Het was de burgemeester van New York die vooropliep in de strijd tegen de tabaksindustrie. En dronkaards nemen in New York doorgaans de bus, niet de auto. Verkeersdoden en ook zelfmoorden per 1000 inwoners zijn er lager dan in kleine steden. Het zelfmoordcijfer voor jongeren in New York is zelf 56 procent lager dan het nationaal gemiddelde. De gezondheid in steden als New York, Los Angeles en San Francisco was vroeger belabberd, maar is tegenwoordig veel beter dan in de rest van het land. Glaeser: “The troubled cities of the developing world must go through a similar difficult process if they are to become safe and clean.”
Geef een reactie