Gelezen in De Volkskrant van 16 december 2006:
Tijdens het opruimen van oude kranten viel mijn oog op een artikel in de kennisbijlage van De Volkskrant van 16 december 2006 waarin wiskundehoogleraar Lex Schrijver, verbonden aan de Universiteit van Amsterdam, uit de doeken doet hoe hij voor de Nederlandse Spoorwegen de nieuwe dienstregeling, die inging in 2006, had ontwikkeld. Wiskunde is een mooi vak. Je komt altijd tot de juiste probleemdefinitie. Zo ook Schrijver in dit geval. Allereest concentreerde hij zich op het probleem van de capaciteit van het spoorwegennet. De problemen in de Randstad bleken vooral te worden veroorzaakt door … de spoorbrug over de IJssel bij Zutphen. Dat was een grote verrassing. Een ander "overduidelijk probleem", aldus Schrijver, "bleek jaren geleden al: het spoor tussen Amsterdam en Utrecht. Daar hadden al veel eerder vier sporen moeten komen." Waarom dat niet gebeurde? Volgens de wiskundige "was dat natuurlijk ook een gevolg van politieke keuzes." Inmiddels wordt het spoor op genoemde baanvak verdubbeld. Decennia te laat.
Die brug over de IJssel is voor iedereen een verrassing. Maar de gebrekkige spoorcapaciteit tussen Amsterdam en Utrecht was inderdaad al vele jaren bekend. Dat daar zo lang niets aan gebeurde, is een grote schande. Kennelijk was zestig jaar Randstadbeleid niet in staat dit probleem adequaat op te lossen. Integendeel, zou je bijna zeggen. Want hoe kan het nu dat de twee best presterende steden binnen de Randstad geen goede spoorverbinding hebben, terwijl er voor een zieltogend Rotterdam zomaar een gloednieuwe Betuwelijn wordt aangelegd? Heeft dat Randstadbeleid überhaupt wel zin? Die vraag blijkt aan de hand van dit voorbeeld althans niet lastig te beantwoorden: hoogstwaarschijnlijk niet.
Geef een reactie