Gelezen in ‘Schiphol. Plan voor uitbreiding’ (1949) van gemeente Amsterdam:
Het idee om van Schiphol een ‘Wereldluchthaven’ te maken dateert van 8 oktober 1945. Op die datum werd de Amsterdamse luchthaven door de regering niet alleen verkozen tot belangrijkste luchthaven van Nederland, maar omwille van de KLM ook nog eens geladen met een enorme groeiambitie. Direct in 1946 kwam een rijkscommissie onder leiding van professor Zwiers al met het plan naar buiten voor vervanging van de bestaande luchthaven. Dit zogenaamde T3 model bestond uit vier stel van twee onderling evenwijdige banen aansluitend aan de bestaande bebouwing van het huidige Schiphol-Oost. Tegen het op zichzelf ambitieuze plan maakten een aantal gemeentelijke diensten van Amsterdam, waaronder Publieke Werken, direct bezwaar. Binnen twee jaar ontwierpen zij een alternatieve luchthaven, die in 1949 door B&W van Amsterdam naar buiten werd gebracht: een zesbaans tangentieel stelsel rond een terminal op de geprojecteerde snelweg en spoorbaan Amsterdam-Den Haag. Kosten: 95 miljoen gulden. Het huidige Schiphol is later overeenkomstig dit Amsterdamse plan gerealiseerd.
Waarom kozen de Amsterdamse stedenbouwkundigen destijds voor een luchthavenontwerp zo dicht onder de rook van de hoofdstad? Konden zij niet voorzien dat dit met starts en landingen op termijn tot grote problemen voor de stad zou leiden? Uit de Schipholstudie van 1949 blijkt dat een alternatieve ligging destijds onbespreekbaar was geweest. De nieuwe luchthaven moest uit de oude ontwikkeld worden, met gebruikmaking van bestaande start- en landingsbanen. Niet alleen was dit goedkoper, vooral de tijd tussen de bouw van een nieuwe luchthaven en de uitbreidingsbehoefte van de bestaande luchthaven kon eenvoudig niet overbrugd worden als gevolg van de snelle groei van het luchtverkeer. “Juist dit snel groeiende luchtverkeer vroeg om een oplossing, waarbij de bestaande luchthaven in gebruik zou blijven en waarbij enkele nieuwe banen van het toekomstplan zo spoedig mogelijk ter beschikking zouden komen.” De eindconclusie van de Amsterdamse ambtenaren was dat haar geavanceerde tangentiële banenstelsel “logisch en zonder hinder voor het luchtverkeer uit de huidige luchthaven (kan) worden ontwikkeld” en dat ze bovendien berekend was op de zeer lange termijn. Op de kaarten was het voltooide Algemeen Uitbreidingsplan van Amsterdam ingetekend; men rekende met een Randstad van 4,5 miljoen inwoners. Dat de stad zèlf later nog zoveel groter zou worden hadden de stedenbouwkundigen niet voorzien.
Geef een reactie