Door het tunneltje naar de binnenstad

Gelezen in ‘Het plan Amsterdam-Zuid van Berlage’ (1977) van Francis Fraenkel:

Afbeeldingsresultaat voor fraenkel zuid berlage

Afgelopen dinsdag een lezing gehouden tijdens de End of the Year-borrel van Hello Zuidas, de netwerkclub van Zuidas-partners, in The Circle aan het Gustav Mahlerplein. De lezing ging over toerisme en de Zuidas in relatie tot ‘De nieuwe historische binnenstad’. Het denken over toerisme, vertelde ik de leden, is in Amsterdam al zeker 150 jaar oud. Feitelijk nam het een aanvang met de oplevering van het Rijksmuseum in 1885. Drie jaar later kwam het Centraal Station gereed. Architect Cuypers ontwierp niet alleen de beide gebouwen, maar tekende ook een toeristische wandeling van station naar museum, dwars door de Amsterdamse binnenstad. Toeristen die per stoomtrein arriveerden, moesten via een geënsceneerde route langs hoogtepunten uit de nationale Gouden Eeuw naar Rembrandt’s Nachtwacht worden geleid. Twee wereldtentoonstellingen op het Museumplein – in 1883 en in 1895, dus vlak voor en vlak na de oplevering – werden uitdrukkelijk aan het fenomeen van het vreemdelingenverkeer gewijd. Tegenwoordig lopen miljoenen internationale vakantiegangers dezelfde, door Cuypers in 1885 geconcipieerde route. Daar doen ze in totaal drie dagen over. In die zin is toerisme uiterst conservatief. Maar met het gereedkomen van station Zuid in 2028 zal alles op slag veranderen. Vanaf dat moment zullen toeristen uit de hele wereld niet meer op CS, maar op de Zuidas arriveren. Hoe komen zij straks bij de Nachtwacht? Welke route gaat de nieuwe Pierre Cuypers hiervoor tekenen?

Had H.P. Berlage hierover niet al nagedacht toen hij zijn tweede plan Zuid in 1915 aanbood aan het Amsterdamse gemeentebestuur? Dat plan ging immers uit van een tweede centraal station in Zuid, net op het grondgebied van de zuidelijke buurgemeente. In het proefschrift van Francis Fraenkel uit 1976 las ik dat Berlage het nieuwe station als ‘scharnierpunt’ opvatte voor zijn nieuwe, monumentale stad. “Met dit station, het ‘portaal van de stad’, als centrum spiegelt zich het oude Amsterdam geheel in het nieuwe.” Want: “Zoals de oude stad zich halfcirkelvormig om het station uitstrekt, zo doet dat ook de nieuwe stad.” Het gaat verder, het historische Amsterdam beoordeelde Berlage als schilderachtig. Zijn nieuwe stad moest juist monumentaal worden. In zijn plan liggen beide daarom met de ruggen naar elkaar toe. In die zin fungeert het Rijksmuseum als scharnier, eerder dan het geprojecteerde station Zuid. De functie van tentoonstellingsterrein (Museumplein, het toenmalige IJsclubterrein) situeerde Berlage waar nu het Amstelpark is. De toerist kwam binnen op het statige station Zuid en liep of reed vervolgens via de vijftig meter brede monumentale Minerva-as in de richting van de te bouwen Academie voor Beeldende Kunsten (nu Hilton Hotel), stak daar ergens door naar het Museumplein. Door het tunneltje onder het Rijksmuseum betrad hij, vanuit de moderne stad komend, een pittoresk Hollands ensemble van grachten en grachtenpanden: de Amsterdamse historische binnenstad. In 2028 is het eindelijk zover. Hoe vooruitziend.


Posted

in

by

Comments

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *