Gelezen in The Atlantic van 15 september 2011:
Komt het doordat mijn oudste dochter sinds deze zomer in Boston, USA, studeert? Allemachtig, wat heeft ze het naar haar zin! Naar Nederland, zegt ze, wil ze niet meer terug. Iedereen is er zo eager, heel anders dan in Amsterdam. In de rangorde van ‘s werelds krachtigste stedelijke economieën die The Atlantic afgelopen week publiceerde, zag ik dat Boston inderdaad op plaats 6 staat, na Tokio, New York, Londen, Chicago en Parijs. Boston is ongeveer zo groot als Amsterdam, maar presteert vele malen beter dan de Nederlandse hoofdstad. Sterker, Amsterdam komt in de hele top vijfentwintig niet voor. Interessant is dus om te zien waarom de Amerikaanse stad van nog geen miljoen inwoners, gelegen op ruim drie uur treinen van de metropool New York (vergelijkbaar met Amsterdam-Parijs), het zo opvallend goed doet. Boston heeft in ieder geval geen groot vliegveld, geen grote haven, geen greenport, geen mainport. Is het eagerness?
Eerst de cijfers. Qua innovatie scoort de stad waanzinnig goed (wereldwijd een verdiende plaats 6); als financieel centrum scoort ze 655, dat is vergelijkbaar met Parijs maar minder dan Hong Kong; de economische output van de stad bedraagt 290 miljard dollar (dat is de helft van Parijs, met 460 miljard dollar, maar meer dan rivaal Hong Kong, met 211 miljard dollar). De vergelijkende cijfers zijn gegenereerd door Richard Florida – wat ze precies behelzen kan ik vanaf hier niet helemaal doorgronden, maar dat maakt ook niet uit. De relevante vraag is: hoeveel zou Amsterdam op al deze punten scoren? Beduidend minder dus. Eigenlijk weten we het wel. Boston is de stad van Harvard University, van MIT (Massachusetts Institute of Technology), Boston University en Boston College. Vier imposante universiteiten. Qua intellect en menselijk kapitaal is de stad vele malen krachtiger dan Amsterdam. En talent trekt talent, talent trekt bedrijven, of beter, lokaal talent creëert lokale bedrijven. Boston hoeft niet de halve wereld af te reizen om filialen van internationale hoofdkantoren naar zich toe te halen. Ze creëert haar eigen, lokale economie. Boston hoeft ook geen miljoenen transferpassagiers te accommoderen om met de wereld verbonden te zijn. Al die verbindingen zijn niet zo relevant. Als er één stad in de wereld is waar Amsterdam zich aan zou moeten spiegelen, dan is het Boston. Waar blijft die hoogwaardige technische universiteit die de hoofdstad in 1963 was beloofd maar die er nooit is gekomen? Dit schrijf ik vanuit Wenen, de stad die mij gevraagd heeft te adviseren. Wenen staat op plaats 22.
Geef een reactie